Rabatiou Sérah Diallo (1950) is secretaris-generaal van de Confédération Nationale des Travailleurs de Guinée. Zij was in België te gast bij Wereldsolidariteit en het ACV. DeWereldMorgen.be sprak met deze sociaal geëngageerde vrouw.
“Als jong meisje was ik vrij snel sociaal actief in jongeren- en vrouwenorganisaties. Maar ik voelde dat dat niet voldoende was. Sociaal onrecht is zo complex dat je dat niet deel per deel kan aanpakken. Ik zag dat je dat best kon bestrijden in de vakbond. Het is daar dat de strijd voor mensenrechten zijn globale context vindt. Daar kwam ik thuis. Ik ben lid geworden in 1969 en ben er nooit meer weggegaan.”
“Ik ben toen helemaal onderaan begonnen en heb met alle sectoren van de maatschappij gewerkt. Die ervaring heb ik meegenomen in mijn hogere functies. Zo heb ik altijd onthouden dat solidariteit met de allerarmsten de ultieme reden is waarom ik dit doe.”
“Aanvankelijk was dat niet evident, om twee redenen. Er was groot verzet van de mannelijke hiërarchie en vakbondsleden tegen vrouwen in hogere functies. De vrouwen moesten zelf ook overtuigd worden. Mijn eerste werk was dus vooral gericht op het motiveren van vrouwen om lid te worden. Ze waren er niet van overtuigd dat de strijd die ze in andere organisaties voerden ook door de vakbonden ondersteund kon worden. Dat vooroordeel wegnemen bij vrouwen was één van mijn grootste verwezenlijkingen.”
Beschimpt
“Zelfs met mannen van goede wil kan je er niet naast kijken dat specifieke vrouwenrechten, zoals zwangerschapsverlof of bescherming tegen seksuele intimidatie, het best door vrouwen zelf verdedigd worden. Zij kennen de realiteit persoonlijk, niet van onderzoeksrapporten. Zij wijzen de mannen op hun vooroordelen. Ik herinner me nog de tijd dat verslagen van een vergadering alleen naar de mannelijke deelnemers werden gestuurd. Die interne strijd heeft wel degelijk vruchten afgeworpen. Meer en meer vrouwen zijn uiteindelijk opgeklommen tot belangrijke leidinggevende functies.”
“Daarnaast moesten wij vechten tegen de vooroordelen in de buitenwereld. Vrouwen die zich sociaal engageerden werden beschimpt en beledigd: ‘Jullie verwaarlozen je gezin. Jullie gaan om met andere mannen dan je echtgenoot’. Een vrouw hoorde huisvrouw te zijn en voor de kinderen te zorgen.”
“Ook de werkgevers zagen ons niet graag komen. Als vrouw bij de vakbond werd je op die manier tweemaal gediscrimineerd. Vrouwen hebben de slechtst betaalde banen, verdienen minder dan mannelijke collega’s voor hetzelfde werk. Wij moesten voortdurend strijden voor de correcte toepassing van de bestaande wetten. Ironisch genoeg heeft Guinee een uitstekende wetgeving voor de bescherming van de vrouw. De meeste vrouwen weten daar echter niets van.”
Voorwendsel
“Meer dan 70 procent van de bevolking is analfabeet en zij die wel kunnen lezen hebben meestal geen toegang tot correcte informatie. Daarom organiseerden wij sessies met praktische informatie, die ook nooit te lang duurden, maximum een uur. Zo konden vrouwen zich permitteren om er naartoe te komen.”
“Ik ben voor dat werk meermaals gearresteerd, onder een of ander voorwendsel. Dankzij internationale druk ben ik wel altijd vrij snel weer vrijgelaten. Guinee had geen traditie van harde repressie. Dat heeft zich pas voorgedaan tijdens de transitieperiode van de eenpartijstaat naar het politiek pluralisme vanaf 2006. Er zijn in die periode honderden doden gevallen, zoals de slachting in het voetbalstadium van 28 september 2009. Militair interimpresident Moussa Dadis Camara verspeelde toen alle krediet.”
“Tot dan hadden wij altijd gewerkt in de traditie van de éénpartijstaat, met één erkende vakbond. Dat had voor- en nadelen. We werden niet gewelddadig onderdrukt maar er waren limieten aan wat we konden doen. Alle sociale organisaties waren geïntegreerd in het staatsapparaat. Er was daarbinnen geen ruimte voor al te vergaande kritiek op het systeem.”
“In 2006 kwam er een einde aan dat systeem. Uiteindelijk is er door internationale druk toch een akkoord gekomen en ben ik voorzitter geworden van de nationale overgangsraad. Die raad heeft drie dingen gedaan: een nieuwe grondwet, een nieuwe kieswetgeving en een wet op de vrijheid van de pers. De vakbond was altijd zeer nauw betrokken bij die overgang. Nu hebben we tenminste terug een arbeidswetgeving in Guinee.”
“De internationale solidariteit heeft een groot verschil gemaakt. Dankzij die steun durfden wij de strijd aan te gaan. De internationale dreiging met economische sancties heeft de machthebbers gedwongen een akkoord voor een overgangsregering te aanvaarden.”
Verdeeldheid
“Ondertussen veranderen de dingen razendsnel. Het verbaast me niet dat ook hier de vakbonden in de media zwaar worden aangevallen. Hun maatschappelijk en sociaal model staat haaks op de neoliberale economische visie van ‘ieder voor zich’. Dat is geen toeval. Ook uw politieke leiders weten wat de potentiële slagkracht is van een goed georganiseerde vakbondsbeweging. Daarom zaaien ze verdeeldheid. Daarom ook worden individuele vakbondsleiders persoonlijk aangevallen. Het ultieme doel is de vakbonden verzwakken en neutraliseren om zo de sociale rechten stuk voor stuk af te schaffen.”
Wij hebben hier leiders zoals u nodig om het enthousiasme van de Guinese bevolking voor sociale actie over te brengen naar Europa.
“Dat is een goed idee (lacht). De mensen moeten terug durven risico’s te nemen, terug op straat komen, samen dingen doen. Ik heb de indruk dat de mensen hier vergeten zijn hoe ze hun sociale rechten hebben verworven. Dat is er gekomen dankzij de sociale strijd van onze ouders en grootouders die niet bang waren om aangehouden te worden.”
“Waar het om gaat is dat je voor jezelf uitmaakt of je je bij de feiten neerlegt of in actie schiet, om zo iets van jezelf achter te laten voor de komende generaties. Iedereen sterft ooit, waarom dan niet iets achterlaten waar je fier op kan zijn? Het leven is al zo snel voorbij, maak er iets van. Strijd voor je idealen. Dat werkt. Er is immers maar één ding waar machthebbers bang van zijn, dat is mensen met een sociaal bewustzijn, die sociaal actief zijn. Het alternatief is niets doen en je sociale rechten verliezen.”
Intimideren
“Men heeft meermaals gepoogd om mij te intimideren door mijn kinderen lastig te vallen. Mijn zoon is in levensgevaar geweest tijdens de periode van de transitie toen er honderden doden vielen. Ik heb toen besloten om niet toe te geven. Als dat het offer was dat ik moest brengen om mijn volk te bevrijden, dan aanvaardde ik dat. Dat was geen gemakkelijke keuze! Ik heb toen zelfs bescherming van de Duitse ambassade geweigerd. Ik zei hun dat ze de hele bevolking moesten beschermen, niet mij alleen. Als ik dus zeg, dat je in Europa meer moet durven, dan zeg ik dat niet zomaar.”
“Het gaat niet zo goed met de vakbonden op het ogenblik. Ze worden overal in het defensief gedrongen. Ik zie zelfs vakbondsleiders die zich gedragen als bedrijfsvoerders die een ‘product’ verkopen. Die houden zich met budgetten bezig, met projecten. Ook die tendens moeten we bestrijden.”
“Bovendien moeten de vakbonden ook de strijd mee voeren voor de bescherming van het leefmilieu. Dit gaat de hele mensheid aan. Daarnaast moeten de vakbonden zich inschakelen in de strijd voor de bescherming van migranten en vluchtelingen.”
De Belgische regering voert een beleid van gedwongen collectieve uitzetting van vluchtelingen. Uw president heeft onlangs een toestel met Guinese vluchtelingen uit België geweigerd. Wat vindt u daarvan?
“Ik wil geen standpunt innemen enkel ten bate van Guinese vluchtelingen. Dit is een probleem van alle landen. Het soort beleid dat u aanhaalt is symptoombestrijding bij gebrek aan een echte beleidsvisie. De echte oorzaken weigert men immers aan te pakken. Deze beleidsvoerders weigeren ze zelfs te erkennen. De echte verklaring voor het probleem van de vluchtelingen is nog altijd dezelfde: mensen vluchten voor sociaal onrecht in al zijn vormen.”
“U moet ondertussen goed beseffen dat Guinee zelf ook tienduizenden vluchtelingen herbergt uit de omringende landen. Die mensen vluchten uit wanhoop. Ouders verkopen hun vee, hun enige vorm van inkomsten, om de vlucht van hun kinderen te betalen, in de hoop op een beter leven. Kan men dat die mensen verwijten? Ze hebben geen toegang tot degelijke informatie. Ze hebben niets om naar terug te keren.”
Waardigheid
“Wil je echt iets doen aan al die problemen? Zorg dat er geen sociaal onrecht meer is in de wereld. Er is genoeg voor iedereen. Dat is het probleem niet. Het probleem is dat de rijkdom en welvaart van de wereld zo onrechtvaardig verdeeld wordt. Geef mensen hun waardigheid terug.”
“Stop ook met het IMF en de Wereldbank op ons af te sturen met hun structurele aanpassingsprogramma’s. Die veranderen de structuren helemaal niet, integendeel. Ze hebben in Afrika de problemen alleen maar erger gemaakt. Hun programma’s hebben niet gewerkt in Latijns-Amerika, ze hebben niet gewerkt in Afrika. Ze zullen ook niet werken in Griekenland en Portugal. Geloof ons, wij hebben het al ondervonden.”
Een laatste vraag, Guinee kampt met een Ebola-epidemie. Hoe is de situatie op het ogenblik?
“We doen ons best. Zo zijn wij, Afrikanen: hoe erg de situatie ook is, wij geven niet op. Het ontbreekt ons echter aan de meest elementaire middelen. Zeer eenvoudige zaken zouden al zoveel kunnen oplossen, toegang tot proper water om je handen en je eten te wassen, zeep en bleekwater om alles te ontsmetten. Voor de behandeling van de zieken is uiteraard specifieke zorg nodig, waarvoor we buitenlandse hulp nodig hebben.”
“De volledige civiele maatschappij, dus ook de vakbonden zijn actief in de campagne tegen dit vernietigende virus. We voeren natuurlijk een zeer ongelijke strijd. Iemand die de symptomen van de ziekte krijgt, heeft al een incubatieperiode van 21 dagen achter de rug, waarin hij anderen heeft besmet. Dagelijks geven de radiostations in alle Guinese talen de essentiële preventieve maatregelen door.”
“Er is een zeer groot risico op uitbreiding van de epidemie naar onze buurlanden. Daar is de gezondheidssituatie nu al slechter en worden onze groenten verkocht. Hoe ga je dit in de toekomst vermijden? Geef mensen toegang tot degelijk onderwijs en tot degelijke gezondheidszorg, geef ze een waardig inkomen voor hun werk. Bewuste burgers zorgen zelf voor de rest.”
Artikel oorspronkelijk verschenen in DeWereldMorgen.be.