Op vrijdag 29 augustus 2014 werd opnieuw een video verspreid van de onthoofding door Islamic State van een gevangene. Maar IS is niet de enige die zich bezondigt aan terechtstellingen door onthoofding. Trieste recordhouder is het koninkrijk Saoedi-Arabië.
Op dinsdag 26 augustus werd in Saoedi-Arabië de 23ste persoon onthoofd in drie weken tijd, waaronder de terechtstelling van vier leden uit één familie op beschuldiging van kleinschalige drugshandel.
Het veroordelen van arme Saoedi’s en buitenlands huishoudpersoneel is een frequente praktijk in het koninkrijk. Volgens Said Boumedouha, vicedirecteur van Amnesty International voor het Midden-Oosten, is terdoodveroordeling voor relatief kleine misdaden een gevolg van bekentenissen afgedwongen met folteringen.
Foltering van verdachten is in Saoedi-Arabië een courante praktijk. Naast moord en drugshandel zijn diefstal, overspel, heiligschennis, belediging van de godsdienst (waaronder het afzweren van het geloof), ‘hekserij’ en ’tovenarij’ strafbaar met de dood
Processen worden ook gevoerd zonder advocaten en zonder spreekrecht van de beschuldigden. De juridische procedures gebeuren ook volledig achter gesloten deuren. Families van beschuldigden worden onder druk gezet om geen beroep te doen op buitenlandse mensenrechtenorganisatie, met de bedreiging dat dat de kans op de doodstraf vergroot.
Sinds 1995 werden in Saoedi-Arabië meer dan tweeduizend mensen geëxecuteerd, meestal door onthoofding met het zwaard. Onthoofding gebeurt in het feodale koninkrijk op markten in de stadscentra. De onthoofde lijken blijven een aantal uren ter plaatse liggen als ‘afschrikkingsmiddel’.
De lokale openbaarheid van de terechtstellingen staat in schril contrast met de geslotenheid over de praktijk tegenover het buitenland. Mediaploegen worden geweerd en op het illegaal fotograferen van executies staan zware straffen.
Beheadings at ‘record levels’: Saudi Arabia executes dozens in deadly August
Artikel oorspronkelijk verschenen in DeWereldMorgen.be.