LBC/ACV: 23 procent loonverlies deeltijdsen treft vrouwen hard

We zien ze wel, we vinden het evident dat ze er zijn, vaag beseffen we wel dat ze onderbetaald zijn en slechte uren hebben maar we kennen ze niet en negeren ze eigenlijk ...

We zien ze wel, we vinden het evident dat ze er zijn, vaag beseffen we wel dat ze onderbetaald zijn en slechte uren hebben maar we kennen ze niet en negeren ze eigenlijk ... (foto CC/rhoadeecha)

FacebooktwitterFacebooktwitter

LBC en ACV Voeding en Diensten protesteren tegen een onschuldig ogend zinnetje uit de regeringsverklaring: “De IGU-toeslag voor deeltijds werkenden wordt opnieuw berekend zoals voor 2008. Na twee jaar deeltijds werken met IGU-toeslag, wordt deze toeslag met 50% verminderd.“ De vakbonden voorspellen dat dit vooral vrouwen zal treffen.

De Inkomens Garantie Uitkering (IGU) is een systeem waarbij de overheid een beperkt vast inkomen garandeert met een loontoeslag voor mensen die geen voltijds werk hebben. Het doel van deze loonsubsidie is mensen te garanderen dat het loon van hun deeltijds werk samen met deze IGU-toeslag minstens gelijk is aan de werkloosheidsuitkering waar ze recht op zouden hebben indien ze hun baan zouden verliezen (voor personen die hoogstens een 1/3 betrekking hebben) of hoger dan de werkloosheidsuitkering (voor personen die meer dan een 1/3 inkomen hebben).

Het zinnetje uit het regeerakkoord verbergt volgens LBC (de christelijke vakbond van bedienden) en ACV-Voeding en Diensten een zware aanslag op het inkomen van werklozen die deeltijds werken met behoud van een gedeelte van hun werkloosheidsuitkering. Deze maatregel zal vooral die sectoren treffen die nu reeds lijden aan een grote mate van structurele onvrijwillige deeltijdarbeid.

Voorbeeld

LBC en ACV illustreren hun bezorgdheid met een concreet voorbeeld. Met de voorgestelde maatregel zal een halftijds tewerkgestelde met 800 euro brutomaandloon na twee jaar per maand bruto 284,64 euro inleveren, een inkomensverlies van 21,6 procent. Daar komt nog de aangekondigde indexsprong bij van 2 procent die voor deze persoon bruto 20,65 euro loonderving per maand zal opleveren. Dat brengt het totale loonverlies op 305,29 euro of 23,2 procent.

Vrouwen maken 79 procent uit van alle deeltijds werkenden. Vooral zij worden dus zwaar getroffen. Het gaat dan vooral over vrouwen die werken in de sectoren van de dienstencheques, de schoonmaak en de distributie, waar onvrijwillige deeltijdse arbeid veel voorkomt. Het zijn bovendien sectoren met lage lonen, die het werknemers niet toelaten de eindjes aan elkaar te knopen.

De vakbonden LBC en ACV-Voeding en Diensten eisen bijgevolg de intrekking van deze maatregel.

Artikel oorspronkelijk verschenen in DeWereldMorgen.be.