“Wie oosten Oekraïne ‘pro-Russisch’ noemt, ontkent ware aard conflict”

Coal is black

Coal is black (foto: Danny Veyt)

FacebooktwitterFacebooktwitter

Coal is black (foto: Dany Veyt)
Read More

Coal is black (foto: Dany Veyt)
Read More

Coal is black (foto: Dany Veyt)
Read More

Coal is black (foto: Dany Veyt)
Read More

Coal is black (foto: Dany Veyt)
Read More

Coal is black (foto: Dany Veyt)
Read More

Coal is black (foto: Dany Veyt)
Read More

Paul Boutsen is opbouwwerker in de Limburgse mijnregio, waar hij al jaren werkt aan de reconversie van de lokale economie na de sluiting van de steenkoolmijnen. Zo kwam hij in 2007 in contact met mijnwerkers in andere landen, onder meer in het oosten van Oekraïne. Recent was hij in de stad Dnepropetrovsk. DeWereldMorgen sprak met hem.

“Ik ben geboren in de schaduw van de ‘schachtbok’ (foto) van de mijn van Zolder. Mijn vader was daar bediende. Zo heb ik de problematiek van de mijnstreek reeds als kleine jongen ervaren. Zelf heb ik sociale school gevolgd in Geel, waarna ik een aantal jaren buurtwerk deed in Mechelen. Uiteindelijk was de roep van mijn roots te sterk en sinds 1989 werk en woon ik in Heusden-Zolder.”

Sluiting van de Limburgse mijnen

“Tijdens de rellen van Zwartberg in 1967 was ik nog wat klein om te beseffen wat er gaande was. Ik herinner me vaag dat er doden waren gevallen tijdens de betogingen. Ik heb de stuiptrekkingen van de steenkoolmijnen echter wel bewust meegemaakt. In 1989 werd de mijn van Beringen gesloten. In 1992 ging de mijn van Zolder als laatste dicht. Een historisch tijdperk was ten einde.”

“De gemeenschap van deze streek heeft specifieke kenmerken: een gemengde bevolking, hoge werkloosheid. In die context van gesloten mijnen en hoge werkloosheid ben ik hier beginnen werken als buurtwerker voor een organisatie die nu stebo.be heet. Nu is dat een grote organisatie, toen waren wij pioniers. “

“Je kan de ondergang van de steenkoolmijnen in Limburg op twee manieren bekijken, nostalgisch of als een uitdaging. Wij kozen voor het tweede. Een van de initiatieven om te werken aan een nieuwe toekomst heb ik mee opgericht. Het Vervolg.org is een projectcentrum voor de mijnstreek.”

“Samen met werknemers- en werkgeversorganisaties en de overheden werkten en werken we hier aan ‘reconversie’. Concreet betekent dat het heruitvinden van nieuwe vormen van economische activiteit die rekening houden met de context van de mijnstreek. Die aanpak was aanvankelijk zeer top-down, maar werkte een tijd goed.”

Een nieuwe economie

“Een en ander is uiteindelijk verkeerd gelopen, met onder meer het KS-schandaal, waarbij enorme hoeveelheden overheidssteun verdwenen zijn. Tyl Ghyselinck, manager van de mijnsluitingen, pompte toen bijvoorbeeld miljoenen in een filmstudio die op een mijnsite zou komen. Het project bleek op zand gebouwd te zijn.”

“Het fundamentele probleem met die reconversie is het gebrek aan langetermijnvisie van de overheid. Het is erg om zeggen, maar zowat elke opeenvolgende Vlaamse regering maakte er werk van om de verwezenlijkingen en de aanpak van de vorige regering compleet om te gooien. Het warm water werd telkens opnieuw uitgevonden. In 1999 is zo het streekplatform, de enige organisatie die wel aan lange termijn denken deed, ten onder gegaan.”

“Een van de zaken waar ik sindsdien aan gewerkt heb, is het vinden van nieuwe bestemming voor het mijnpatrimonium. De mijnen hadden hier enorme gebouwen en terreinen. Dat zijn stevige constructies, gebouwd voor de eeuwigheid. Daar kan heel wat mee gedaan worden. Er zijn hier ook heel wat mogelijkheden voor toerisme, wandelen, fietsen, bossen. Oud-mijnwerkers bijvoorbeeld zijn prachtige verhalenvertellers voor wandelingen als gids.”

“Sindsdien ben ik zelfstandig consulent, vooral voor lokale overheden, gemeentes en provincie, onder meer voor Genk, Houthalen, altijd over dezelfde problematiek. 25 jaar na de sluiting van de mijnen is het nog altijd een strijd om de bestaande culturele krachten hier te herwaarderen. Een recenter initiatief van Het Vervolg is coalface.be dat vanuit de lokale context van Limburg aan de beeldvorming en de identiteit van (post)industriële gebieden werkt, voornamelijk aan de hand van fotografie, video en multimedia. Internationaal werkt coalface mee aan een netwerk van mensen die wonen en werken in gebieden waar zware industrie een impact op de eigen leefwereld heeft.”

Het Engelse woord ‘coalface’ (‘koolgezicht’) is een technische term voor de steenkoollagen die door de mijnwerkers ondergronds zichtbaar worden gemaakt. Het slaat ook op het zwartgeblakerde aangezicht van de mijnwerkers. Figuurlijk betekent het ‘aanwezig zijn waar de actie is’.

“Door dit werk in Limburg zijn mijn collega’s en ikzelf in contact gekomen met andere streken waar ze met dezelfde problemen zitten, eerst en vooral in eigen land in Wallonië, maar ook in Frankrijk, Italië, Duitsland, Spanje, Polen en later dus ook Oekraïne, meer bepaald met mijnwerkersverenigingen in de Donbass, die een tentoonstelling van coalface.be hadden gezien. Zij wilden weten hoe de reconversie in de Limburgse mijnstreek was verlopen.”

Globaliseringsgolf jaren 1980

“Al die steenkoolgebieden werden sinds de jaren 1980 getroffen door de globalisering van de energiemarkt. De overheden namen de verlieslatende mijnen over om ze te sluiten en zo de markt naar andere energiebronnen uit te breiden. Alleen de Oekraïense Donbass is daar tot voor kort aan ontsnapt.”

“In het oosten van Oekraïne werken nog steeds 450.000 mijnwerkers, een enorm aantal. Die zijn zeer ongerust over de plannen van de nieuwe regering in Kiev. Die wil nu immers hetzelfde doen als wat in de EU is gebeurd: sluiten. Die mensen zien dat hen geen enkel economisch alternatief wordt aangeboden door deze nieuwe regering.”

De Donbass (‘Donetski Bassin’ = het bekken van Donetsk) is de regio in het zuidoosten van Oekraïne waar de grote steenkoolmijnen en staalfabrieken gelegen zijn. Deze regio ligt voor een groot deel, maar niet volledig, in het afgescheurde gebied dat nu wordt bestuurd door etnisch Russische verzetsgroepen, die de afzetting van de vorige president en de nieuwe regering in Kiev niet als legitiem aanvaarden.

“Door die contacten kwam ik in 2007 voor het eerst in Oekraïne. Ik ben er sindsdien vijftien keer terug geweest, uiteraard vooral in de Donbass zelf maar ook in andere regio’s en in de hoofdstad Kiev, dikwijls samen met Waalse collega’s.”

Limburgse Oekraïeners

“Er was voor die samenwerking ook hier belangstelling. Er leeft immers nog een kleine etnisch Russische Oekraïens-Belgische gemeenschap in Genk, die samenwerkt met hun landgenoten van weleer. Die zijn hier veel minder zichtbaar dan de Italiaanse en Spaanse emigratie. Ze kwamen hier toe samen met Polen en ook wat Russen. De meesten van hen zijn later naar Canada geëmigreerd. Van de oorspronkelijke Oekraïense mijnwerkers hier zijn er nog twaalf in leven, allemaal in de tachtig. Hun kinderen en kleinkinderen zijn volbloed Limburgers, maar eren hun afkomst nog steeds.”

“Een van de kleinzonen van deze lokale gemeenschap in Genk is meermaals meegereisd als tolk. Het zijn immers Russisch sprekende Oekraïners. Dat kan raar klinken, maar niet minder speciaal dan Duitssprekende Oostenrijkers of – jawel – Nederlands sprekende Vlamingen. Zo vreemd is dat dus niet.”

“Ik heb sindsdien onder meer de mijnsteden Zhdanovka, Gorlovka, Tores en Enakievo bezocht. Die liggen nu in het afgescheurd gebied. Zhdanovka is al jaren verbroederd met Houthalen. Ik heb ook een paar keer Sildova bezocht, dat aan de andere kant van de frontlijn ligt. Samen met de jeugdorganisatie JINT hebben we meegewerkt aan uitwisselingsprogramma’s voor jongeren. Zo stimuleren we het leren van Engels in de scholen, hier en ginder.”

“Bij die bezoeken heb ik tot in 2013 nooit enige taalanimositeit gevoeld tussen Russisch sprekende en Oekraïens sprekende Oekraïners. Ja, de Russisch sprekende Oekraïners voelen zich ‘Rus’, maar voor hen is zonder enige aarzeling Oekraïne hun vaderland. Rusland is voor hen zoiets als Nederland voor de Vlamingen, ze spreken daar dezelfde taal, met een ander accent en zo. In ieder geval voelen zij zich net zo goed Oekraïners als hun Oekraïens sprekende landgenoten.”

De tiende Belgische provincie

Een Belgisch aandeel in de koolmijn van Pobedenko
Een Belgisch aandeel in de koolmijn van Pobedenko

“Als er al enige onvrede was, was dat veeleer gemoedelijk. Men vond in de Donbass wel dat zij daar de rijkdom van het land produceerden, waar de rest van het land wel bij vaarde, maar waarvoor zij te weinig erkenning kregen. Dat ging dan echter nooit over ‘Russisch’ tegen ‘Oekraïens’ maar over ‘Donbass’ tegen de rest.”

“De Donbass heeft trouwens een Belgische geschiedenis. Ooit werd dit zelfs de tiende Belgische provincie genoemd. Op een bepaald ogenblik waren Belgische industriëlen voor 62 procent aandeelhouder bij de mijnen in de Donbass. Als ik zeg dat ik Belg ben, hebben de mensen het direct over de ‘Belgische’ mijnen, waarmee ze de mijnen bij hen bedoelen die ooit door Belgische industriëlen werden gebouwd. Tot voor kort werkten er nog Belgische mijnbouwingenieurs in de regio.”

“We deden ter plaatse veel onderzoek naar mogelijke nieuwe activiteit in dat mijngebied. Bijvoorbeeld, de steenkoolwasserijen kunnen omgevormd worden tot installaties voor de verwerking van huishoudelijk afval. Er liggen hier ook enorme lappen ongebruikte grond, steppen eigenlijk waar ze niets mee doen. We deden er onderzoek naar de teelt van koolzaad.”

“Dit maakt dat ik de mensen hier in de Donbass goed ken. Mijn ervaringen over deze streek gaan terug tot voor het recente conflict uitbrak. Tot in november 2013 kon men zich hier niet voorstellen dat er een burgeroorlog zou kunnen beginnen. Er was onvrede, ja, er waren spanningen, maar die waren politiek. De gewone mensen gingen met elkaar om. Er was tussen de mensen zelf geen taalanimositeit.”

“Wij zijn Russisch én Oekraïens”

“Tot in 2005 gebeurde het leven in de Donbass volledig in het Russisch. In 2005 werden de verkiezingen geannuleerd die door Russisch Oekraïener Janoekovitsj waren gewonnen. Na de Oranjerevolutie en nieuwe verkiezingen kwam Viktor Joesjtsjenko aan de macht. Een van zijn allereerste beslissingen was het verbod op de Russische taal in het onderwijs in het hele land. Dat was een schok voor de mensen hier.”

“Die maatregel ging verder dan een verplicht vak Oekraïense taal, alle vakken moesten in het Oekraïens, terwijl daar geen leraars voor waren. President Joesjtsjenko maakte er daarna zo een corrupt potje van, dat Janoekovitsj in 2010 opnieuw werd verkozen. Ditmaal erkende de EU zijn verkiezing wel.”

“In de Donbass stemde bijna iedereen voor Janoekovitsj. Die man was zonder twijfel corrupt, maar dat waren zijn tegenstanders ook. Het politieke systeem in dit land is altijd door en door corrupt geweest, van het lokale gemeentehuis tot de ministers in de regering. De gewone Oekraïners behielpen zich. Wij hebben daar ook mee leren omgaan. Dat bemoeilijkt de start van projecten wel, maar de lokale mensen helpen ons daar bij.”

“Iedereen stond hier achter Janoekovitsj. Men verwijt hem nu onder meer dat hij een ex-communist is. Dat klopt, zeggen ook de mensen hier, maar dat geldt wel voor alle toppolitici en voor alle presidenten sinds de onafhankelijkheid van 1991. Allemaal komen ze uit het oude apparaat en allemaal zijn ze sinds 1991 rijk geworden met het bestelen van de staat. Ook de huidige president Poroshenko is zo rijk geworden.”

Herhaling van de Oranjerevolutie

“Bij het begin van de rellen in 2014 dacht men hier dat dit een herhaling van de Oranjerevolutie zou worden. Na de slachting op het Maidanplein – die hier in de schoenen van de huidige regering wordt geschoven (de regering in Kiev weigert nog steeds een gerechtelijk onderzoek over de sluipschutters te beginnen), maar vooral de slachtpartij in Odessa – is men hier beginnen overwegen om gewapend verzet te plegen. Bovendien had de nieuwe regering in Kiev net als in 2005 als een van de eerste maatregelen de Russische taal verboden. Dit keer kwam de EU echter tussenbeide en de wet werd ingetrokken.”

“De gewelddadige repressie van de protestbewegingen hier tegen de nieuwe regering werd niet geapprecieerd. De EU had de protesten tegen de regering van Janoekovitsj gesteund, maar nu zij dat ook deden, vond de EU het blijkbaar geen probleem dat even hardhandig werd opgetreden.”

“Na Odessa zijn de eerste groeperingen zich beginnen te bewapenen. Moeilijk was dat niet. Een groot deel van alle wapens van zowel het Russische als het Oekraïense leger worden immers in deze regio gebouwd.”

Extremisten duiken op

“Vanaf dan zijn er ook extremistische bendes op de kar gesprongen, dat lijdt geen twijfel. Die hebben ook wreedheden begaan. Niemand spreekt dat hier tegen. Maar als het gaat om wie begonnen is, wijst men hier zonder aarzelen naar de huidige regering in Kiev.”

“De dingen zijn gaan escaleren. Veel mensen zijn dan bij het gewapend verzet gegaan uit verontwaardiging. Dat die direct met tanks kunnen rijden is niet verwonderlijk. Ze hebben ze zelf gemaakt. Hetzelfde voor alle wapens. Mijn aanvoelen is dat er drie stromingen zijn binnen het verzet, die ook overeenkomen met strekkingen bij de bevolking in het algemeen.”

“Er is inderdaad een groep mensen die aansluiting bij Rusland willen. Dat is echter een kleine fanatieke minderheid. Daar zitten zeker ook Russische extremisten tussen. Groter is de stroming die een onafhankelijk Novarossia wil. Maar de overgrote meerderheid hier wil gewoon meer autonomie binnen het bestaande Oekraïne, net zoals de meerderheid van de Vlamingen pro meer bevoegdheden is voor het Vlaamse Gewest en tegelijk nog altijd wil dat België samen blijft. De hamvraag is echter of dit land dat door zijn eigen regering dagelijks wordt gebombardeerd nog te herstellen is tot één land.”

Eénzijdige berichtgeving

“Ik sta echt versteld van de uniforme eenzijdigheid waarmee de media hier dat conflict voorstellen. Wij zijn de goeden, zij zijn de slechten, wat een groteske vertekening. Alles wordt hier herleid tot Poetin. Dat hij de Krim annexeerde is ook een apart verhaal. De Russen daar hebben een andere relatie met Rusland dan de etnische Russen hier. Bovendien was het Poetin wellicht om het behoud van de zeemachtbasis van Sebastopol te doen.”

“Hier in het zuidoosten is dat een heel ander verhaal. Poetin is helemaal niet gediend met het gewapend verzet hier. Meer nog, de eigen regering van de DPR (Donetsk People’s Republic) heeft ideeën waar Poetin allesbehalve blij mee is. Die willen onder meer alle industriële activiteiten ‘nationaliseren’ en onder sociaal volksbeheer plaatsen. De DPR heeft alle oligarchen hier aan de dijk gezet en wil zelfbeheer in de fabrieken. Dat zijn niet bepaald ideeën die Poetin in Rusland zelf wil zien verschijnen. Bovendien kost dit conflict hem handenvol geld door de sancties. Neen, de mensen hier zien dat heel anders dan wat wij in onze kranten te lezen krijgen.”

Monitors vand de OVSE op stap in het conflictgebied
Monitors vand de OVSE op stap in het conflictgebied (fotto: OSCE Mission to Ukraine)

“Ik ben op 26 maart 2015 terug geweest voor een conferentie Life after Coal op uitnodiging van de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa (OVSE). Die is daar al jaren met de OSCE Special Monitoring Mission to Ukraine (foto) aanwezig. Ik gaf er een lezing in de stad Dnjepropetrovsk over de reconversie van Limburg. Die stad ligt ook in de Donbass, maar aan de andere zijde van het front, onder leiding van Kiev. In feite was mijn boodschap – en die van andere sprekers – eenvoudig.”

“Doe het niet zoals wij in West-Europa hebben gedaan, maar valoriseer de grondstoffen en energiebronnen die er zijn op een zo hoog mogelijk niveau.”

Oligarchen

oligarch Ihor Kolomoyskyi
Oligarch Ihor Kolomoyskyi

“Heel de stad Dnepropetrovsk is in feite eigendom van de oligarch Ihor Kolomoyskyi (foto), de derde rijkste man van Oekraïne. Die was door president Poroshenko benoemd tot gouverneur van de opstandige provincie in het oosten. Die man heeft toen direct bussen met extreemrechtse skinheads uit Kiev naar het oosten gebracht om de opstanden – toen nog ongewapend – uiteen te slaan. Dat zijn hier echter mijnwerkers en staalarbeiders, geen doetjes en die skinheads moesten onverrichter zake vertrekken.”

“Kolomoyskyi heeft vroeger al fabrieken overgenomen met paramilitaire groepen, die arbeiders en bedienden met wapens wegjoegen. Hij heeft als gouverneur vervolgens meerdere gewapende bataljons gefinancierd en ingezet in de regio. Daarbij zijn meerdere wreedheden begaan, die weerwraakacties hebben uitgelokt. Die man heeft persoonlijk de burgeroorlog hier gesponsord. Op 25 maart 2015 besloot president Poroshenko onder zware druk van de EU om hem af te zetten als gouverneur.”

Fanatici nemen de zaak over

“Het drama is dat in een dergelijke gewelddadige escalatie de meest fanatieke elementen de overhand nemen. Dat is aan beide zijden zo. Het blijft echter – zoals ik al zei – een groteske vertekening om het verzet in het oosten ‘pro-Russisch’ te noemen. Ondertussen is de DPR-regering serieus bezig met zich als alternatieve overheid te vestigen met eigen ministeries en met de heropbouw van Debalstevo en andere door de bombardementen vernielde gebieden.”

“Het is echter twijfelachtig of het huidige vredesakkoord standhoudt. Het leger van Kiev schendt dagelijks de regels van het bestand met prikacties. Dat kan je vinden op de website van de OVSE in Oekraïne. Daar besteden de westerse media geen enkele aandacht aan. Die wachten op de eerste reactie vanuit de opstandige provincie.”

“Overigens denkt men in Kiev niet dat men de regio nog gaat terug heroveren, toch niet op korte termijn. Waarom het leger de opstandelingen dan blijft bestoken? Om hun het leven onmogelijk te maken. Met al de industriële capaciteit die hier is, is een succesvolle afscheiding van de regio het laatste wat Kiev wil.” (zie hier voor de dagelijkse updates van schendingen van het vredesakkoord)

Paul Boutsen
Paul Boutsen (foto DeWereldMorgen.be)

“Nog een laatste opmerking. Staat men er hier ook maar even bij stil hoe vernederend en beledigend het is dat de EU niet deelneemt aan de herdenkingen van het einde van de Tweede Wereldoorlog? Dat is de Russen op hun ziel trappen. Dat is niet de manier om een vreedzame oplossing te vinden voor het conflict.”

Artikel oorspronkelijk verschenen in DeWereldMorgen.be.