Kwaliteitskrant over Portugal: nederlaag wordt overwinning, democratische meerderheid een coup

Kan PaF-voorzitter Pedro Passos Coelho een Portugese minderheidsregering vormen?

Kan PaF-voorzitter Pedro Passos Coelho een Portugese minderheidsregering vormen? (Foto: WikiMedia Commons)

FacebooktwitterFacebooktwitter

Als de realiteit niet langer past in het versleten kader, dan moeten we de realiteit maar veranderen, moeten ze bij De Standaard gedacht hebben. De krant noemde het centrumrechtse verlies van 12 procent bij de Portugese verkiezingen dan ook een overwinning. De poging van de linkse partijen die samen een meerderheid hebben om een democratische regering te vormen, verwerd plots tot een coup.

Het politieke systeem van Portugal

Op 4 oktober 2015 gingen de Portugezen naar de stembus. Het Portugese parlement heeft één kamer met 230 zetels en geen senaat. Om een regeringsmeerderheid te vormen zijn 116 zetels nodig (de helft plus 1).  Wanneer één partij meer dan 116 zetels in het parlement haalt, kan de regering dus onmiddellijk gevormd worden.

Is dat niet het geval, dan volgt een vastgelegde procedure. De president is verplicht de voorzitter van de grootste partij te vragen een coalitieregering te onderhandelen binnen de tien dagen. Lukt dat niet, dan vraagt hij de voorzitter van de tweede grootste partij.

De betrokken partijvoorzitter kan ook voorstellen om een minderheidsregering te vormen, op basis van onderhandelingen met de oppositie, waar hij op specifieke punten steun zoekt voor zijn regeringsprogramma. Als de president overtuigd is dat dit voorstel de vereiste 116 stemmen kan halen, aanvaardt hij het en benoemt de betrokken partijvoorzitter tot eerste minister.

Pas dan begint de eerste minister aan de vorming van zijn regering. Meestal ligt dat informeel al op voorhand vast. Met zijn regeerprogramma en zijn regeringsploeg moet de eerste minister vervolgens een vertrouwensstemming van minimum 116 stemmen in het parlement halen om te kunnen starten.

De Europese context

Er werd vanuit EU-kringen reikhalzend uitgekeken naar deze verkiezingen. Dit is immers de eerste verkiezing (na Griekenland) in een ander land dat zwaar wordt getroffen door het strenge sociale besparingsbeleid van de trojka. Zou ook hier de zetelende regering zwaar worden afgestraft voor dat beleid?

Bovendien, deze verkiezingen zijn een voorbode van de verkiezingen in buurland Spanje op 20 december 2015. Portugal en Griekenland zijn nog relatief kleine economieën binnen de Eurogroep, dat kan van Spanje echter niet worden gezegd. Een overwinning voor de anti-austeriteitspartijen zou in die optiek geen goed voorbeeld zijn.

In Spanje staat net als in Griekenland het duopolie van de twee grote partijen, de conservatieve PP en de sociaal-democratische PSOE onder druk. De impact van nieuwkomers Podemos en Ciudadanos zal er meer dan waarschijnlijk toe leiden dat er een coalitieregering moet komen tussen beide grote partijen. Dat is ongezien in de Spaanse geschiedenis, sinds de val van de fascistische dictatuur in 1975.

De PP en de PSOE zijn inhoudelijk nauwelijks van elkaar te onderscheiden met twee lichtjes verschillende versies van het neoliberale besparingsprogramma van de trojka. Dat neemt niet weg dat het bittere vijanden om de macht zijn, die elkaar het licht in de ogen niet gunnen. Geen evidentie dus.

De echte uitslag van de Portugese verkiezingen

De coalitie van de vorige Portugese regering van de sociaal-democratische PSD en de conservatieve CDS-PP kwamen met één lijst op onder de noemer Portugal a Frente (PaF – ‘Portugal vooruit’). Samen behaalden zij 38,6 procent van de stemmen, waarmee PaF de grootste fractie is in het nieuwe parlement met 107 zetels.

PS-voorzitter Antonio Costa
PS-voorzitter Antonio Costa (WikiMedia Commons)

In 2011 waren de PSD en de CDS-PP (met twee aparte lijsten) samen goed voor 50,4 procent van de stemmen. Samen verloren ze dus 11,8 procent. Met 38,6 procent blijven ze echter de grootste fractie. Het was dan ook normaal dat president Cavalco Silva PaF-lijsttrekker en uittredend eerste minister  als eerste uitnodigde om een regeringsmeerderheid te vormen.

De tweede grootste partij is de socialistische PS. Die behaalde in 2011 28,0 procent van de stemmen en verhoogde haar score nu tot 32,3 procent, een toename van 4,3 procent, goed voor een fractie van 86 zetels. De andere linkse partij Bloco de Esquerda (BE – Links Blok) ging van 5,2 procent in 2011 naar 10,2 procent, een toename van 5 procent en een verdubbeling van het aantal zetels van 8 naar 19. Daarmee zijn zij de grootste verrassing van deze verkiezingen. De peilingen voorspelden immers verlies van bijna al hun zetels.

 

BE-voorzitter Catarina Martins
BE-voorzitter Catarina Martins (WikiMedia Commons)

De Coligação Democrática Unitária (CDU- Unitaire Democratische Coalitie) is een samengaan van de Portugese Communistische Partij (PCP) en de Partido Ecologista Português (PEP). Die maakten een meer bescheiden winst van 7,9 in 2011 naar 8,3 procent nu en 17 zetels. Een ideologisch onduidelijke partij is Pessoas-Animais-Natureza (PAN – Personen-Dieren-Natuur). Die bestaat nog maar sinds 2009, behaalde 1,0 procent in 2011 en heeft nu nipt 1 zetel in het parlement met 1,4 procent. Tot daar het volledige politieke spectrum in het nieuwe Portugese parlement.

Samengevat: de zittende regeringscoalitie leverde bijna 12 procent in en verloor zijn absolute meerderheid in het parlement. De drie linkse partijen wonnen 10 procent en hebben samen 122 zetels, een nipte meerderheid van zes zetels.

Een dergelijke linkse meerderheidscoalitie is geen evidentie. De CDU en de BE zijn immers zeer kritisch voor de PS, die ze een soft neoliberaal regerings- en oppositiebeleid verwijt. Bovendien, onmiddellijk na de verkiezingen liet PS-voorzitter Antonio Costa weten dat hij bereid was om met de PaF te praten over een grote coalitie.

Coup de théatre

Dat president Cavaco Silva aan de PaF als nog altijd grootste partij vroeg om een regering te vormen (binnen de voorziene tien dagen) was normaal. Tijdens de onderhandelingsgesprekken verraste PS-voorzitter Antonio Costa echter vriend en vijand door aan te kondigen dat hij geen coalitie met PaF zou steunen en integendeel zelf een linkse regering wilde vormen met CDU en BE.

President Cavaco Silva riep PaF-voorzitter Pedro Passos Coelho vervolgens op om een minderheidsregering te vormen. Hij deed dat op basis van politieke argumenten. Het zou volgens hem immers ongepast zijn en schadelijk voor het land om te breken met het huidige besparingsbeleid.

Het klopt zeker dat een brede linkse coalitie ongezien is in Portugal en dat garantie op succes allesbehalve verzekerd is. Door de uitspraken van PS-voorzitter Costa zijn de kansen op een minderheidsregering van PaF echter wel bijzonder klein geworden.

Het zou kunnen dat de PS tactisch bluft om hardere toegevingen gedaan te krijgen voor een coalitie met PaF, maar zeker is dat niet. PaF-voorzitter Passos Coelho heeft tien dagen om te pogen medestanders te vinden bij de oppositie voor zijn minderheidskabinet. Daarvoor heeft hij 9 stemmen van de oppositie nodig, om dan te starten met een politiek zeer labiele regering.

Lukt het niet, dan is de president wel verplicht om naar de voorzitter van de tweede partij, de PS, te stappen. Die dan kan pogen om een eveneens zeer labiele regeringsmeerderheid te vormen. Succes evenmin verzekerd. Chaos inderdaad.

Een nederlaag wordt een overwinning

Deze complexe politieke ontwikkelingen na de verkiezingen leverden een merkwaardig stuk op in De Standaard. Op vrijdag 23 oktober 2015 vatte de krant de Portugese politieke situatie samen met de titel ‘Politieke chaos in Portugal’. Dat klopt nog. Zie hierboven.

Problematischer is de ondertitel: ‘Linkse partijen broeden op een coup’. Volgens De Standaard is een poging om een regering te vormen die gebaseerd is op een parlementaire meerderheid een ‘coup’. Verderop in het artikel blijkt dat deze omschrijving van de krant geïnspireerd is op de uitspraken van politicoloog Antonio Costa Pinto. Volgens hem is het de achterban van de PaF die van ‘een linkse coup’ spreekt.

De intro van het artikel zet de toon met een opiniërende commentaar, die echter als objectief feit wordt voorgesteld. “Portugal had een Europese primeur beet toen een premier die zware besparingen doorvoerde, niet afgestraft werd bij verkiezingen”, aldus De Standaard over een politiek kartel dat 11,9 procent van de stemmen heeft verloren.

“Brussel is ongerust”, klinkt het verder. Waarover? De Standaard: “… nu zijn de linkse partijen bereid om hun historische vetes opzij te schuiven om toch aan de macht te komen.” Dat van die historische vetes klopt zeker. Maar verder. “Aan de macht komen”, is dat niet wat elke politieke partij, elke verkozene hoort te doen? Brussel is met andere woorden ongerust dat er in Portugal een regering zou worden gevormd die gebaseerd is op een democratische meerderheid.

Verder: “De overwinning van Pedro Passos Coelho bij de Portugese verkiezingen begin deze maand was een zege voor alle Europese conservatieven. De premier bewees als eerste dat zware besparingen doorvoeren volgends de recepten van de trojka niet noodzakelijk neerkwam op politieke harakiri… Brussel haalde opgelucht adem. Te vroeg blijkt nu… De centrumrechtse coalitie van Passos Coelho werd wel de grootste bij de verkiezingen, maar verloor – met 38 procent van de stemmen – haar absolute meerderheid.”

Interessante woordkeuze: een verlies wordt een ‘zege’ voor alle Europese conservatieven, de centrumrechtse coalitie ‘werd’ de grootste (niet ‘bleef’ maar ‘werd’ wat een positieve evolutie suggereert). Geen vergelijkende cijfers om dat te staven.

Alle media hebben een politiek profiel

Stellen dat de ‘linkse partijen in Portugal broeden op een coup’ is geen neutrale observatie maar stemmingmakerij. Ongewoon? Nooit voorheen gezien in Portugal? Zeker. Maar net als de poging van PaF om alsnog een minderheidsregering te vormen perfect democratisch.

De Standaard heeft een ideologisch profiel en uit dat ook in zijn berichtgeving. Deze krant meent dat het huidige austeriteitsbeleid de enige mogelijke oplossing is voor de EU. De Standaard heeft recht op dat eigen politiek profiel, waarmee zij de publieke opinie wenst te beïnvloeden. Het is niet daar dat het schoentje wringt.

Dit is geen objectieve berichtgeving maar politieke stellingname. Politieke commentaar is essentieel en nuttig, ze moet echter ook openlijk zo aangeboden worden. Anders wordt de lezer misleid.

Onduidelijk oordeel van de kiezer

Het enige wat feitelijk klopt aan dit artikel is dat de komende weken en maanden voor Portugal zeer onzeker en chaotisch dreigen te worden. Het meest verregaande dat kan worden gezegd is dat de Portugese kiezer geen duidelijk oordeel heeft geveld. Ook al niet omdat bijna de helft van de Portugezen niet kwam opdagen. De visionaire voorspelling van de Portugese schrijver José Saramago in Stad der Zienden (een stad waar niemand komt opdagen bij de verkiezingen) kwam bijna uit.

Stellen dat deze verkiezingen het bewijs zijn dat ‘ware besparingen doorvoeren volgens de regels van de trojka niet noodzakelijk neerkwam op politieke harakiri’ is manipulerende commentaar. Het is ook feitelijk onjuist.

Zowat alle Europese traditionele media hebben het spectrum van opinies verengd tot een smalle brandbreedte rechts van het midden, met als gevolg dat de Europese burgers niet degelijk worden geïnformeerd over alle mogelijke opties, waaruit zij een keuze zouden kunnen maken. Dit artikel van De Standaard is daar een goed voorbeeld van.

Politieke chaos in Portugal (allen zichtbaar voor abonnees)

27 oktober 2015: De openbare zender VRT neemt de weergave van De Standaard over in het bericht Portugese premier stelt minderheidsregering voor: “Zijn centrumrechtse Partido Social Democrata (PSD) heeft weliswaar de parlementsverkiezingen van begin deze maand gewonnen, maar heeft de meerderheid niet in het parlement.”

In De Morgen van 26 oktober 2015 wordt het rechtse verlies van 11,9 procent als volgt samengevat in het artikel Hoe belandde Portugal in deze politieke impasse?: “De Sociale Democratische Partij van huidig premier Pedro Passos Coelho heeft weliswaar de verkiezingen gewonnen, maar zijn centrumrechtse coalitie haalde minder zetels binnen (107) dan de linkse coalitie (230).” (dat laatste cijfer moet 122 zijn, 230 is het totaal aantal zetels van het parlement – 28.10.15 het cijfer werd aangepast, er staat nu 122)” (artikel alleen zichtbaar voor abonnees).

Artikel oorspronkelijk verschenen in DeWereldMorgen.be.