Het Syrische leger ‘zou opnieuw’ chemische wapens hebben ingezet, klonk het op het VRT-radiojournaal van 23 december 2015. Het bericht werd later nergens bevestigd of tegengesproken.
Op 23 december 2015 zond VRT-Radio 1 een nieuwsbericht uit om 22.00 uur, dat werd herhaald om middernacht, over het mogelijk gebruik van chemische wapens door het regeringsleger van president Assad in de Syrische hoofdstad Damascus.
Dit is de uitgeschreven tekst van dat bericht (eigen accentuering):
(intro) “In Syrië zijn mogelijk opnieuw chemische wapens gebruikt…”
(aankondiging) “Het Syrische leger zou opnieuw een chemische luchtaanval hebben uitgevoerd, dat zegt de Syrische oppositie. Daarbij zouden 5 mensen zijn omgekomen.”
(journalist) “In een voorstad van Damascus zou het Syrische leger vanuit helikopters vaten met gifgas hebben gegooid op rebellengroepen. Het regeringsleger zou ook vier raketten met gifgas hebben afgeschoten. Bij deze chemische aanvallen zouden vijf mensen gestikt zijn. ‘Zouden’, want het bericht komt van de Syrische oppositie en isnog niet door een onafhankelijke instantie bevestigd, maar wel door andere rebellengroepen.”
“Twee jaar geleden werden honderden mensen gedood nadat het leger van Assad chemische wapens zou hebben gebruikt. Het kwam toen bijna tot Westerse luchtaanvallen tegen Assad, maar onder toezicht van de Verenigde Naties heeft Assad toen zijn chemische wapens vernietigd. In theorie althans, maar het kannatuurlijk altijd dat er nog chemische wapens over waren of dat er intussen nieuwe zijn gemaakt”
Achtergrondinformatie
Om dit volledig in de voorwaardelijke wijs uitgesproken bericht enige duiding te geven is wat achtergrondinformatie nuttig. Bij drie chemische aanvallen van 21 augustus 2013 in een buitenwijk van de hoofdstad Damascus, viel een onbekend aantal doden (schattingen gaan van meer dan 200 tot ongeveer 1800). Die aanval deed zich voor drie dagen nadat een VN-inspectieteam in Syrië was toegekomen om de voorraden chemische wapens van het Syrische leger te controleren en eerdere beschuldigingen van de inzet van chemische wapens te controleren.
Het inspectieteam bevond zich op het ogenblik van die aanvallen op minder dan 15 kilometer van de plaats van de ontploffingen. Als gevolg van deze aanvallen werd Syrië gedwongen toe te treden tot de Conventie tegen Chemische Wapens van 1993 (Convention on the Prohibition of the Development, Production, Stockpiling and Use of Chemical Weapons and on Their Destruction). In de maanden die daar op volgden werd de voorraad technische en chemische componenten voor het vervaardigen van chemische wapens van het Syrische leger ontmanteld (Chemische wapens worden nooit kant en klaar bewaard. Door de chemische instabiliteit van de gebruikte stoffen, kunnen chemische wapens slechts worden samengesteld en klaargemaakt kort voor hun inzet, hoogstens een paar weken op voorhand).
Het is niet de eerste keer dat sindsdien berichten circuleren dat het Syrische leger toch opnieuw chemische wapens ‘zou’ inzetten. Dergelijke berichten verschenen eerder al tussen februari en mei 2015. Het bericht van 23 december is het eerste in zeven maanden, maar dus zeker niet het eerste dit jaar.
Die berichten hebben echter allen een aantal dingen met elkaar gemeen: ze werden ofwel later ontkend, ofwel bevestigd, maar dan zonder een precieze dader aan te duiden. Daarbij werd immers steeds de mogelijkheid open gelaten dat zowel het Syrische leger als bepaalde rebellengroepen gebruik ‘zouden’ maken van een of andere vorm van chemische wapens.
Assad vader en zoon
Het regime van vader en zoon Assad heerst al sinds 1971 met harde hand over de eigen bevolking. Vroegere volksopstanden werden met moorddadige repressie onderdrukt. Dat gebeurde toen in een periode dat vader Assad werd aanzien als een bondgenoot van het westen. Toen Bashar Assad zijn vader in 2000 opvolgde zette hij dat regime verder. Toch werd hij bij de aanvang van zijn presidentschap in de media nog als een modern hervormer geportretteerd.
Syrië heeft nooit verborgen dat het de capaciteit had om chemische wapens in te zetten. Als argument gebruikten zij de aanwezigheid van kernwapens in buurland Israël (dat nog steeds sinds 1967 een deel van Syrië bezet houdt).
Het Syrische leger is de enige strijdende partij met een luchtmacht en helikopters. Alleen dat leger kan dus vaatbommen inzetten. Chemische wapens kunnen echter ook met raketten worden afgevuurd. Die capaciteit hebben ook alle rebellengroepen.
Bericht ‘zou’ waar/onwaar kunnen zijn
Het recente VRT-bericht van 23 december kwam ook kort op enkele buitenlandse websites voor, maar werd na 24 december nergens meer opgepikt.
Het blijft hoe dan ook merkwaardig: een nieuwsitem dat volledig is gebaseerd op stellingen van één zijde in een bloedige burgeroorlog, die nergens door een onafhankelijke bron worden bevestigd. Is het bericht daarom onjuist? Wel, dat ‘zou’ kunnen, maar het ‘zou’ ook kunnen van niet.
Dat weten we ook vandaag niet.