Bernie Sanders scoort hoog in peilingen, media VS negeren hem

Bernie Sanders

(berniesanders.com)

FacebooktwitterFacebooktwitter

Amerikaans presidentskandidaat Bernie Sanders blijft vriend en vijand verrassen met het succes van zijn verkiezingscampagne. Dat zou je nochtans niet zeggen als je alleen maar naar de Amerikaanse media kijkt, waar het al Donald Trump is wat de klok slaat. Buitenlandse media volgen die lijn.

De Quinnipac University in de Amerikaanse deelstaat Connecticut aan de oostkust, net boven New York City, specialiseert zich in peilingen van de publieke opinie in de VS en heeft op dat vlak een stevige reputatie van betrouwbaarheid. Op 22 december 2015 publiceerde Quinnipac een eerste opiniepeiling over de kandidaten voor de komende presidentsverkiezingen.

Donald Trump of Hillary Clinton

Uit die peiling blijkt dat Donald Trump allesbehalve zo dominant is aan Republikeinse kant als de overweldigende media-aandacht voor zijn campagne zou laten vermoeden. Hij leidt weliswaar met 28 procent bij de ondervraagde Republikeinse kiezers. Ted Cruz, federaal senator voor de staat Texas, volgt hem echter op de voet met 24 procent.

Federaal senator voor Florida Marco Rubio haalt 12 procent en onafhankelijk kandidaat voor de Republikeinse nominatie Ben Carson 10 procent. De bij het begin van de race gedoodverfde winnaar Jeb Bush, broer van George W. Bush, haalt amper 6 procent. Een zeer hoog percentage van de Republikeinse deelnemers aan de peiling, 58 procent, verklaart echter dat hun keuze nog niet definitief is.

In diezelfde peiling haalt Hillary Clinton het bij de Democraten nog ruim met 61 procent tegenover 30 procent voor Bernie Sanders, onafhankelijke kandidaat voor de Democratische nominatie. Eenzaam derde kandidaat Martin O’Malley, voormalig gouverneur van de staat Maryland, haalt amper 2 procent. 41 procent van de Democratische kiezers stellen echter dat ze nog van gedacht kunnen veranderen.

Nauwelijks een maand later is de berichtgeving over de campagnes van de kandidaten nog steeds dezelfde. Alle aandacht gaat naar Donald Trump en Hillary Clinton. Bernie Sanders wordt grotendeels genegeerd en de weinige aandacht die hij in de media krijgt gaat nauwelijks over de inhoud van zijn politiek programma. Desalniettemin blijft Sanders bomvolle zalen trekken en gaat hij vooruit in de peilingen. Hij is ook opvallend populair op de sociale media.

Socialism anyone?

Bovendien is het merkwaardig dat Bernie Sanders zoveel bijval vindt met een programma dat hij openlijk socialistisch noemt. De Amerikaanse bevolking wordt sinds 1945 gebombardeerd met de onafgebroken boodschap dat het socialisme des duivels is.

Gevraagd naar hun mening over ‘socialisme’ blijkt slechts 45 procent van de Amerikanen bereid ooit een stem voor een ‘socialist’ te overwegen, wat veel lager is dan de percentages die bereid zijn eventueel voor een vrouw of een Afrikaans-Amerikaan te stemmen. Alleen ‘stemmen voor een moslim-kandidaat’ scoort nog slechter dan ‘socialist’.

Iowa en New Hampshire

Een opiniepeiling van 10 januari 2016 door de nationale tv-zender NBC, de krant Wall Street Journal in samenwerking met de universiteit Marist College bevestigt de stijgende populariteit van Sanders. Volgens deze peiling behoudt Hillary Clinton nog een nipte voorsprong op Bernie Sanders in de staat Iowa met 48 tegenover 45 procent van de stemmen. Iowa is een landbouwersstaat in het noordwesten die electoraal niet zo zwaar weegt, maar vooral belangrijk is als eerste voorverkiezing op 2 februari 2016. Daar wordt de toon gezet voor de campagne.

Bernie Sanders
(WikiMedia Commons)

De staat New Hampshire ligt aan de noordoostelijke kust in New England. Daar gaan de volgende voorverkiezingen door op 9 februari. Ook dit is geen electoraal zwaar doorwegende staat. Desalniettemin voorspellen de peilingen in die staat een nek-aan-nekrace met 50 procent voor Sanders en 46 procent voor Clinton. Het is wel een buurstaat van Vermont, de thuisbasis van Bernie Sanders.

Bij de Republikeinen zijn er geen grote verschuivingen in de peilingen van januari 2016 tegenover december 2015 en bevestigen Ted Cruz en Donald Trump als de twee belangrijkste kandidaten. Trump haalt in Iowa 24 procent en Ted Cruz 28 procent. Marco Rubio haalt er 13 procent. In New Hampshire geven de peilingen gelijkaardige voorspellingen.

Echte verkiezingen zijn nog ver weg

Op deze peilingen zit een redelijk aanvaardbare foutenmarge van 4 à 5 procent. Ze zijn echter allesbehalve betrouwbare barometers om de uiteindelijke overwinnaars van de strijd voor de nominaties te voorspellen. Voor de echte presidentsverkiezingen zijn ze grotendeels onbruikbaar.

Bovendien, voorverkiezingen zijn een zeer specifiek fenomeen in de VS. Alleen bij de twee grote partijen geregistreerde kiezers kunnen deelnemen. De partijen houden hun voorverkiezingen elk afzonderlijk. Het is dus niet zo dat kiezers dan al een keuze maken tussen een Republikeins en een Democratisch kandidaat. Democratische kiezers maken alleen een keuze tussen de Democratische kandidaten, idem voor de Republikeinen. De kiezers die aan de voorverkiezingen deelnemen zijn bovendien vooral gemotiveerde partijmilitanten, geen gemiddelde staalkaart van de bevolking.

Waar de campagnes tijdens de voorverkiezingen dus vooral een strijd zijn binnen de twee partijen apart, gebeurt de campagne na de nominaties in een heel andere constellatie. Dan verandert ook de aard en de inhoud van de campagnes. Nu bekampen de kandidaten elkaar nog voor de eigen achterban. Daarna pas begint de echte strijd voor de algemene publieke opinie

Een socialist in het Witte Huis?

Betekent dit dat openlijk socialist Bernie Sanders werkelijk kans maakt om Democratisch presidentskandidaat te worden tegenover Republikeinen als Ted Cruz of Donald Trump. Het zou in ieder geval voor het eerst in de naoorlogse Amerikaanse geschiedenis zijn dat de Amerikanen een politieke keuze voorgeschoteld zouden krijgen met zo een uitgesproken ideologisch verschil tussen beide kandidaten.

Het komt meer dan waarschijnlijk nooit zover. In de VS bepaalt uiteindelijk altijd de financiering van de kandidaten de winnaar. Hoe groot de bijval van kandidaten als Sanders ook is, er is nog steeds een zeer grote groep Amerikanen die totaal niet betrokken is bij de voorverkiezingen en er nauwelijks iets over weet. Die groep Amerikanen haalt zijn ‘informatie’ over de kandidaten zo goed als exclusief uit de grote media, meer bepaald de tv-zenders.

Het geld dat kandidaten weten te verzamelen geven ze hoofdzakelijk uit aan reclame op tv. Reclame in kranten en op de radio, pamfletten en reclameborden zijn een veel kleiner deel van het geheel. Sanders heeft nu reeds het record gebroken van kleine individuele donaties van burgers, maar dat bedrag is een schijntje in vergelijking met wat de grote kandidaten weten op te halen bij de bedrijven. Daar doet Hillary Clinton het best. De bedragen stijgen week na week.

De reden waarom de grote media Sanders geen kans geven is niet alleen ideologisch. Het is ook puur eigenbelang. Voor de grote mediabedrijven zijn de presidentsverkiezingen immers een belangrijke bron van inkomsten. Ook al zijn de uitzendingen over de verkiezingen geen grote publiekstrekkers, de partijen betalen er wel enorm veel voor.

Sanders komt echter openlijk op voor de afschaffing van deze privé-financiering van verkiezingscampagnes en wil een beslissing van het Hooggerechtshof daarover omkeren. Die laat nu onbeperkte financiële schenkingen door bedrijven toe. Hij wil daarenboven ook progressieve belastingen op de grote fortuinen en de grote bedrijven. De media in de VS zijn zelf grote bedrijven (of onderdeel ervan).

De dynamiek van Sanders’ campagne is desalniettemin indrukwekkend. Hij heeft Hillary Clinton al tot een aantal belangrijke toegevingen gedwongen. Ze heeft zich uitgesproken tegen de aanleg van de Keystone XL-pijplijn, voor de inkrimping van het nucleair wapenarsenaal en voor het verhogen van het minimumloon op federaal niveau.

Sanders kan ook als hij de Democratische nominatie verliest een rol van betekenis blijven spelen. Hij kan bijvoorbeeld doorgaan als onafhankelijk derde kandidaat. Zijn impact kan echter smelten als sneeuw voor de zon als hij eventueel zijn steun aan Clinton zou geven. Dan blijft die laatste toch volledig vrij om zich alsnog te profileren tegenover de Republikeinse tegenkandidaat.

Het is zeer onwaarschijnlijk, maar als Bernie Sanders het wel zou halen en president Obama zou opvolgen, zal hij nog altijd opboksen tegen een parlement dat volledig wordt gedomineerd door twee partijen die zijn sociaal programma grotendeels vijandig gezind zijn, waarin parlementsleden zetelen van de twee partijen waar hij zelf geen lid van is en die geen enkel belang hebben bij zijn voorstellen om het verkiezingsproces – hun levensader – te hervormen.

Het enige van werkelijke betekenis dat Bernie Sanders kan doen is van deze verkiezingscampagne gebruik maken om een nieuwe sociale beweging te starten, die het duopolie van de twee machtspartijen doorbreekt. Het is nog te vroeg om daar op in te gaan.

Het rommelt intussen ook binnen de Democratische Partij. Vice-president Joe Biden is om privé-redenen geen kandidaat (Zijn oudste zoon is pas enkele maanden geleden gestorven aan kanker). In een recent CNN-interview geeft hij verrassend veel krediet aan Bernie Sanders. Meerdere pogingen van de interviewende journalist om het gesprek terug te verschuiven naar Hillary Clinton negeert hij. Hij gaat zelfs zover te stellen dat Sanders meer ervaring heeft dan Clinton. Volgens Biden is het aan Sanders te danken dat inkomensongelijkheid een verkiezingsthema is.

In een net voor publicatie van dit artikel verschenen peiling scoort Bernie Sanders in de staat New Hampshire zelfs bij vrouwelijke kiezers beter dan Hillary Clinton.

Samengevat kan worden gesteld dat Sanders’ uiteindelijke kansen op succes in het Amerikaanse politieke systeem nog altijd gering zijn, maar… je weet maar nooit.

UPDATE 13 januari om 16.00 uur: In een commentaar op dit artikel (zie hieronder) wijst een lezer van DeWereldMorgen.be op volgende vaststelling. Volgens de cijfers van GoPress werd in 2015 Bernie Sanders in alle Vlaamse kranten en tijdschriften 93 maal vermeld, Donald Trump 738, Hillary Clinton 655.

Muslim Student Asks Bernie Sanders About Islamaphobia (3’57”):

Bronnen:

Artikel oorspronkelijk verschenen in DeWereldMorgen.be.