Na Frankrijk wil ook Groot-Brittannië steun aan de BDS-campagne tegen Israël strafbaar maken. Deze inbreuk op het recht van vrije meningsuiting en op het recht van politieke actie is een gevaarlijk afglijding van de democratie. Tegelijk wijst het er op dat de BDS-campagne groeiend succes kent bij de publieke opinie.
In Groot-Brittannië wil de conservatieve regering van David Cameron steun voor de Boycott-Divest-Sanction-campagne (BDS = boycot, desinvesteer en sanctioneer) tegen de praktijken van de staat Israël strafbaar maken. Daarmee volgt het land het voorbeeld van Frankrijk waar zelfs individuele uitspraken voor steun aan BDS strafbaar zijn.
Dit is een verontrustende en ernstige inbreuk op de vrijheid van meningsuiting en het recht op politieke actie. Tegelijk toont het echter aan dat de BDS-campagne meer en meer navolging krijgt bij de bevolking.
Geleidelijk maar onstuitbaar
Sinds BDS startte op 9 juli 2005 kende de campagne een traag maar stijgend succes. In heel wat landen als Groot-Brittannië besluiten meer en meer gemeenteraden, openbare instellingen, universiteiten, studentenorganisaties om zich aan te sluiten.
De BDS-campagne keert zich in de eerste plaats tegen de bezetting en kolonisatie van de Palestijnse Westelijke Jordaanoever, de blokkade van Gaza en tegen de apartheid in Israël zelf. Tevens ijvert de campagne voor het recht op terugkeer van de Palestijnse vluchtelingen en voor een politiek onderhandelde oplossing van het conflict.
De BDS-campagne is geïnspireerd op de historische boycotactie tegen de apartheid in Zuid-Afrika en baseert zich inhoudelijk op de VN-Resoluties over Israël en Palestina. De campagne is deels ook ontstaan als reactie op de systematische vooringenomenheid van de berichtgeving in de westerse mainstreammedia. Eén van de hoofddoelstellingen van BDS is daarom ook informatief. De campagne wil de door de westerse massamedia in stand gehouden perceptie doorbreken van de Israëlische bezetter als het ‘slachtoffer’ en het Palestijnse verzet als de ‘dader’.
Zuid-Afrika
Academici, politici en andere persoonlijkheden, sociale organisaties en vakbonden sluiten zich er bij aan. In februari 2014 sloten 140 Ierse academici zich in een gemeenschappelijke verklaring aan bij de BDS-campagne. In mei 2014 deden 300 Spaanse academici dat, evenals 200 Zuid-Afrikaanse collega’s. In mei 2015 namen 250 Belgische academici eenzelfde beslissing. In 2013 weigerde wetenschapper Stephen Hawking in te gaan op de uitnodiging voor een conferentie in Israël. Ook in de VS sluiten meer en meer universiteiten en studentenverenigingen zich bij de boycot aan.
De zakenwereld is nog zeer terughoudend en verschuilt zich meestal achter het discours dat de media aanhouden. “Israël heeft het recht zich te verdedigen, maar overdrijft regelmatig door disproportioneel te te reageren op Palestijns terrorisme”, wat dan doorgaat voor kritische berichtgeving. De nederzettingen en de ‘excessen’ van de bezetting worden weliswaar regelmatig aangeklaagd, maar worden nooit gevolgd door concrete tegenmaatregelen.
Toch zijn er al een aantal grote bedrijven, pensioen- en investeringsfondsen die hun investeringen in Israël en de bezette gebieden hebben ingetrokken. Ook meer en meer vakbonden sluiten zich aan bij de campagne. De Britse onderwijzers- en lerarenvakbond NUT is de grootste vakbond van onderwijzend personeel in Europa en heeft zich achter BDS geschaard sinds april 2014.
Publieke opinie volgt media en politiek niet
Sinds een aantal jaren wordt er jaarlijks in februari en maart ook een Israeli Apartheid Week gehouden. Tijdens die week voeren solidariteitsorganisaties informerende actie gericht naar de bevolking. Daarnaast zijn er in Israël zelf ook progressieve Joodse groeperingen en activisten die oproepen tot de boycot van alle producten die in de koloniale nederzettingen in de bezette gebieden worden geproduceerd.
Hoe nefast de juridische stappen van de Franse en Britse regeringen ook zijn, zij wijzen er op dat de publieke opinie hen minder en minder volgt. Hoewel de BDS-campagne in de mainstream of bekritiseerd of verzwegen wordt bereikt ze meer en meer mensen.
Dat valt niet te verwonderen. De misdaden van de bezetting en de vernietigende aanvallen op de bevolking van Gaza kunnen immers nog moeilijk goedgepraat worden. Israël kan de informatiestroom sinds het internettijdperk en de opkomst van de sociale media niet langer controleren en heeft in feite opgegeven om de dagelijkse wreedheden van de bezetting en van de aanvallen op Gaza te ontkennen.
De dader is het slachtoffer
Alles wordt nu ingezet op de perceptie. Wat de woordvoerders van de Israëlische regering doen, is niet de feiten ontkennen maar hun definitie bepalen. Joodse Israëlisch worden ‘vermoord’ door Palestijnse ’terroristen’. Aan de andere kant ‘komen Palestijnen om bij schermutselingen met het leger’.
De export naar Europa, de Europese steun aan de industrie, de Europese subsidies voor wetenschappelijk onderzoek met militaire toepassingen, de dagelijkse steun uit de VS ten belope van meer dan 8 miljard dollar per dag verzekeren de regering in Tel Aviv er dagelijks van dat de kritische retoriek niet door daden wordt gevolgd.
BDS doorbreekt echter deze modus vivendi tussen de EU, de VS en Israël, eerst en vooral door het genante verband met de apartheidsboycot tegen Zuid-Afrika. Daar maken vooral Israëlische zakenlui zich al enige tijd zorgen over. Het waren in Zuid-Afrika ook bedrijfsleiders die lang voor de regering de stap zetten naar onderhandelingen met het ANC van Nelson Mandela.
Weerwraak voor labeling koloniale nederzettingen
De recente beslissing van de EU om na jaren aarzelen een verplichte labeling van producten uit de bezette gebieden te eisen wordt door Israël terecht gezien als een gevolg van de jarenlange burgerlijke acties, waar de BDS-campagne een essentieel onderdeel van is.
Als reactie heeft Israël de repressie in de bezette gebieden nog opgedreven. Beelden van jonge kinderen die worden geëxecuteerd ‘omdat ze stenen smijten’, van een jong meisje dat er van werd ‘verdacht een mes in haar schooltas te verbergen’, van een gehandicapt man die uit zijn rolstoel wordt gemept, van kinderen die dagenlang in stalen kooien in de ijzige kou buiten worden vastgehouden zijn echter niet van aard om de publieke opinie in de rest van de wereld van idee te doen veranderen.
Het recente Britse wettelijk initiatief en de Franse repressie van steunuitingen aan de BDS-campagne zijn een gevaar voor de democratie. Labour-voorzitter Jeremy Corbyn heeft ze al veroordeeld. Tegelijk zijn ze een teken aan de wand. De huidige machthebbers in Israël en hun bondgenoten in de EU kunnen het effect van de BDS-campagne niet langer ontkennen.
Hoe verschillend de specifieke situaties in Zuid-Afrika en Israël ook zijn, met de recente Britse voornemens, volgt de strijd tegen het zionistisch project een zelfde pad. Eerst werd de BDS-campagne genegeerd en doodgezwegen, vervolgens werd ze belachelijk gemaakt. Daarna volgt de keiharde tegenreactie. Wat Cameron nu doet is een bijna letterlijke kopie van wat Brits eerste minister Margaret Thatcher deed in de jaren 1980 tegen de apartheidsacties.
Dat de publieke opinie zich niet langer houdt aan de grenzen van het mainstreamkader van de massamedia is een fenomeen dat zich uitbreidt en zich zeker niet beperkt tot dirt conflict. Syriza in Griekenland, Podemos in Spanje, Jeremy Corbyn in Groot-Brittannië en Bernie Sanders in de VS hebben in al hun verscheidenheid en wisselend succes (en mislukkingen) één ding met elkaar gemeen: ze zijn allen ontstaan en geraakt waar ze nu staan tegen de media en de gevestigde politieke machten in. De weg is nog lang, succes is niet verzekerd, maar dit is hoe dan ook een teken van hoop.