Op 6 april stemt Nederland ja/neen op de vraag “Bent u voor of tegen de wet tot goedkeuring van de Associatieovereenkomst tussen de Europese Unie en Oekraïne?” Is de gemiddelde Nederlander wel voldoende geïnformeerd over de complexiteit van Oekraïne en van dit akkoord? Niet echt. Twee boeken brengen alvast verheldering over het land Oekraïne zelf.
Onderzoeksjournalist Chris Kaspar de Ploeg publiceerde op 17 maart 2016 Oekraïne in het kruisvuur – Beeld en werkelijkheid achter de informatieoorlog over het conflict van de voorbije drie jaar in Oekraïne. Historicus Marc Janssen schreef Grensland – Een geschiedenis van Oekraïne in maart 2014. In mei 2015 verscheen een vijfde herziene herdruk.
Het boek van journalist de Ploeg is een geëngageerd relaas van de gebeurtenissen vanaf november 2013 tot en met de voorbije maanden. Soms impliciet, soms expliciet is dit boek vooral een analyse van de berichtgeving over het conflict. De auteur is er immers van overtuigd dat die allesbehalve objectief of neutraal was/is.
De Europese media keken met een bijzonder eenzijdige bril naar de gebeurtenissen. Hun oordeel lag bij voorbaat vast en er werd alleen een selectie van inpasbare feiten aan de reeds genomen conclusies toegevoegd. Dat oordeel was eenduidig: de protesten en de opstand tegen zetelend president Janoekovitsj waren pro-Europees, dus democratisch en legitiem, de protesten en de opstand tegen de nieuwe regering na de afzetting van de president waren pro-Russisch, dus ondemocratisch en niet legitiem.
Pertinente vragen
Het boek biedt een antwoord op een aantal pertinente vragen. Is extreem-rechts al dan niet een belangrijke factor in de regering van president Poroshenko? Ja en neen, ze zijn immers vooral een nuttig wapen voor het vuile werk. Bovendien verschilt hun discours nauwelijks van het nationalistische discours van de andere politici. Eenzelfde tweeslachtigheid aan de overkant, dat verwijt geldt ook voor elementen bij de pro-Russische rebellen in de Donbass, ook al klagen die het ‘fascistische karakter’ van de regering in Kiev aan.
Dat Rusland de Krim zou annexeren als Oekraïne de kant van de EU en de NAVO zou kiezen, was geen verrassing, zoals dat hier in de media werd voorgesteld. Integendeel, president Poetin had reeds in 2008 tijdens gesprekken met de EU en met de VS in zeer ondubbelzinnige termen duidelijk gemaakt dat hij niet van plan was de Russische zeemachtbasis van Sebastopol in de Krim op te geven.
Onwettelijk en legitiem?
Het referendum voor afscheuring van de Krim was onwettelijk en beantwoordde niet aan internationaal aanvaarde normen. Tegelijk blijkt uit later onderzoek – dat in Kiev niet wordt tegengesproken – dat de grote meerderheid van de Krim-bewoners wel degelijk aansluiting bij Rusland wilde. Dat wilden ze niet zozeer uit een of ander historisch aanvoelen, maar vooral vanuit wat na de Oranje Revolutie en de Maidan-Revolutie was gebeurd, zoals het verbod op de Russische taal in het onderwijs.
Kortom, journalist de Ploeg is zeer kritisch over de ‘Maidan-revolutie’ en over de manier waarop Europese politici en media die revolutie voor hun kar spanden. Het resultaat voor de Oekraïeners is dat ze opgezadeld zitten met dezelfde torenhoge corruptie en hetzelfde politieke cliëntelisme als voorheen. Daar zijn echter de extreem-rechtse milities bijgekomen en – onder druk van de EU en het IMF – de afbraak van zowat alle bestaande sociale rechten. Het regime van Janoekovitsj was door en door corrupt, het hield echter wel veel sociale maatregelen in stand die de gewone Oekraïner letterlijk ‘broodnodig’ heeft.
Politici zonder principes
De politieke bondgenoten van de EU en de VS in de huidige regering van Oekraïne zijn bovendien stuk voor stuk gewetenloze machtsgeile politici zonder enige principiële standvastigheid, te beginnen bij president Poroshenko zelf. Hij was medeoprichter van de Partij van de Regio’s van president Janoekovitsj, was minister in zijn regering en werd rijk dankzij dezelfde corruptie die ook alle andere Oekraïense oligarchen hun huidige rijkdom heeft gebracht, namelijk het leegplunderen van de staatsbezittingen na de onafhankelijkheid in 1991.
Poroshenko hield zich zeer lang afzijdig bij het recente conflict, maar wist als geen ander snel zijn kar te keren. Dat hij daarover niet wordt aangepakt heeft een eenvoudige verklaring: zowat alle huidige zogenaamd pro-EU-oligarchen zijn in hetzelfde bedje ziek.
Het conflict met de afgescheurde Donbass is bovendien zowat de enige lijm die de regering in Kiev nog samenhoudt. President Poroshenko en zijn eerste minister Jatsjenjoek zijn aartsrivalen die elkaar voortdurend saboteren. De Oekraïense bevolking ondergaat ondertussen het keiharde neoliberale inleveringbeleid dat er in bestaat het hele land uit te verkopen aan buitenlandse multinationals.
Ondertussen woedt ook de bevroren afscheidingsoorlog in het oosten. De gewone Oekraïner in het westen van het land is niet bepaald een medestander van die opstand, maar is al evenmin bereid om er het leven voor te laten. De regering in Kiev ziet zich geconfronteerd met massale deserties, duizenden oproepen voor de dienstplicht worden genegeerd (of afgekocht).
De extreem-rechtse milities zijn dan wel grotendeels in het leger geïntegreerd, maar doen in feite nog steeds hun eigen ding. Zij zijn ook de enigen die de oorlog met de Donbass wel verder willen zetten. Ook al vertegenwoordigen ze nauwelijks enkele procenten van de bevolking, ze zijn zeer aanwezig, strak georganiseerd en vooral zwaar gefinancierd, ondermeer door Amerikaanse organisaties.
De VS en de EU, niet dezelfde belangen
Ook dat blijkt immers uit dit boek: de VS voert een ander beleid in Oekraïne dan de EU. Dat beleid gaat soms zelfs regelrecht in tegen de Europese belangen. De EU had gehoopt op een herhaling van de Oranje Revolutie van 2004, namelijk een min of meer vreedzame coup, een pro-Europese machtsovername, ditmaal niet gevolgd door het rampzalige presidentschap van Joestsjenko. Dat werd een faliekante misrekening, zijn presidentschap was een regelrechte ramp en maakte de herverkiezing van Janoekovitsj in 2010 mogelijk, die ditmaal wel onmiddellijk werd erkend door de EU. De VS heeft in 2014 echter onmiddellijk ingezet op de escalatie van het conflict en op directe confrontatie met Rusland en liet daarbij de EU ‘links’ liggen.
De analyse van de Ploeg betekent echter niet dat de politieke krachten in het zuidoosten en de Russische regering een beter oordeel krijgen. Integendeel. Ook aan de overkant waren eigenbelang en machtsbehoud de enige drijfveren. Aan de overzijde was een en ander eveneens veel complexer dan hier werd voorgesteld.
Zo legt hij uit dat president Poetin allesbehalve een voorstander is van de huidige afscheiding van een deel van het land. Wat hij wel wil, is het behoud van een Russische invloedssfeer over heel Oekraïne, zeker niet het uiteenvallen van het land.
Geen invasie, wel logistieke steun
De Ploeg beschrijft verder hoe het Russische leger slechts sporadisch en in kleine aantallen heeft deelgenomen aan militaire acties op Oekraïens grondgebied. Die acties begonnen bovendien lang nadat hier in de media al werd geschreven over een ‘invasie’.
Wat daarentegen wel klopte was dat extremistische Russische nationalisten de grens overstaken om met hun etnisch verwante Russisch-Oekraïense broeders te gaan strijden (en daarbij meermaals de leiding overnamen). Deze extremisten waren en zijn echter allesbehalve betrouwbare bondgenoten van Poetin. Rusland heeft wel degelijk aanzienlijke logistieke steun gegeven aan deze opstandelingen.
Dit boek toont aan dat de dichotomie die over Oekraïne wordt opgelegd door de mainstream – je bent met ons en voor de EU of tegen ons en voor Rusland met niets anders daar tussenin – gewoon nergens op slaat en bovendien gevaarlijk is, omdat een dergelijke houding een vreedzame oplossing in de weg staat.
Dit boek is in het Nederlands taalgebied de beste analyse tot nu van de complexiteit, de tegenstrijdige belangen, de cynische machtsspelletjes die de EU, de VS én Rusland er spelen en de eenzijdige berichtgeving daarover in de Europese en Amerikaanse media. Het boek omvat echter een te korte tijdsperiode om te vatten wat de diepere oorzaken van dit conflict zijn.
Van Grensland België naar Grensland Oekraïne
Wie daar meer wil over weten, wie de echte historische context van dit bizarre land wil kennen vindt raad bij Grensland – Een geschiedenis van Oekraïne van historicus Marc Janssen. Nederlander Janssen zal het misschien niet beseffen, maar een Belgisch lezer begrijpt zijn historische analyse beter dan eender welke Europese burger.
Een land dat eeuwenlang door andere, omliggende machten werd bezet, verkwanseld, mishandeld, vervolgd, uitgemoord, dat lang twijfels had over zijn eigen identiteit, dat onzeker was over zijn eigen taal en geschiedenis, dat klinkt een gemiddelde Belg vertrouwd in de oren.
Er zijn echter ook heel wat verschillen. Oekraïne is geen klein landje, zowel qua oppervlakte als qua aantal inwoners. Het is groter dan Frankrijk en heeft 45 miljoen inwoners, maar net als het huidige België kan het huidige Oekraïne niet bogen op een zeer oude roemrijke geschiedenis. Die werd in verre hoofdkwartieren geschreven.
Het Byzantijnse Rijk, het Ottomaanse Rijk, het Pools-Litouwse Gemenebest, de Oostenrijk-Hongaarse dubbelmonarchie, het Habsburgse Rijk, het Russische Rijk en de Sovjet-Unie – ik sla een hele boel minder bekende veroveraars over – , steeds leefden de volkeren die nu de ‘Oekraïners’ heten onder het juk van een of andere buur.
Russen beschouwen de Oekraïense havenstad Odessa als de bakermat van hun beschaving en vinden het Oekraïens maar een vuil dialect. De beroemde trappen (foto) in de Russische film over de opstand van het oorlogsschip Potemkin bevinden zich in deze stad. Ook de Polen vinden nog altijd dat Oekraïne geen echt land of natie is. Zij noemden Oekraïne ‘Oost-Klein Polen’.
Dat er een Oekraïense natie of land met een eigen identiteit zou bestaan, is zelfs voor de Oekraïners een recente vaststelling. Janssen zegt het zelf: “Dit is geen geschiedenis van de Oekraïeners, maar van alle volkeren die leefden en leven in het gebied dat nu Oekraïne heet”.
Hij vat zijn trektocht door de geschiedenis aan in de vierde eeuw voor Christus toen daar volkeren leefden die zich Scythen en Tauriërs noemden. De huidige hoofdstad Kiev zou iets meer dan 1500 jaar oud zijn, maar heette oorspronkelijk Kiev-Roes (Russen heten in het Russisch ‘Roeski’). Daar begint de discussie al.
Nog iets wat Belgen herkennen: Oekraïne was talloze malen het slagveld van rivaliserende grootmachten die elkaar daar bestreden en tussendoor de lokale bevolking uitmoordden, voor hun kar spanden (soms beide tegelijk) of tegen elkaar uitspeelden. De Krim was omwille van zijn strategische ligging in de Zwarte Zee eveneens talloze malen aanleiding tot bloedige oorlogen. De Krimoorlog van de jaren 1850 wordt ‘de eerste moderne oorlog’ genoemd, omdat daar voor het eerst spoorwegen, telegraaf en loopgraven werden ingezet in de strijd.
De regio die nu Oekraïne heet, kende echter ook periodes van grote bloei en ontwikkelde zich onder het Habsburgse Rijk tot de graanschuur die ze tot vandaag is gebleven. De nog altijd zeer vruchtbare zwarte aarde van westelijk Oekraïne wordt nu uitverkocht aan bedrijven als Monsanto en Syngenta.
Ieder overheerser legde zijn taal op, Pools, Russisch, Duits… vooral in het onderwijs en de overheidsinstellingen. Ondertussen bleef de bevolking thuis zijn dialect spreken, waaruit het huidige Oekraïens is ontstaan.
De kiemen van het hedendaagse Oekraïense nationalisme werden pas halfweg de 19de eeuw gelegd. Vanaf dan begint de band met het hedendaagse Oekraïne vorm te krijgen.
Janssen eindigt zijn historisch overzicht kort voor het recente conflict. Hij bezondigt zich niet aan de ijdelheid die andere historici er toe brengt een hedendaags hoofdstuk toe te voegen. Over het huidige conflict neemt hij geen standpunt in. Zijn boek is juist daarom uitstekende en essentiële literatuur voor wie Oekraïne vandaag wil begrijpen.
Marc Janssen schreef in 2008 een aanvulling op Een geschiedenis van Rusland, het standaardwerk van J.W. Bezemer, eveneens een absolute aanrader.
- Chris Kaspar de Ploeg. Oekraïne in het kruisvuur – Beeld en werkelijkheid achter de informatieoorlog. Papieren Tijger, Breda, 2016, 153 pp (zonder voetnoten). ISBN 978-90-6728-320-5
- Marc Janssen. Grensland – Een geschiedenis van Oekraïne. G.A. Van Oorschot, Amsterdam, 2015, 224 pp (zonder bijlagen). ISBN 978-90-2826-103-7