Toen Yanis Varoufakis in januari 2015 Grieks minister van financiën werd na het onverhoopte succes van Syriza, onderbrak hij zijn werk aan een boek over de geschiedenis van het financiële wereldsysteem. Een jaar later en vele illusies rijker werkte hij dat boek af. Het is geen terugblik op zijn korte passage bij de Europese cenakels in 2015. “Hoe Europa de stabiliteit in de wereld bedreigt”, daar gaat dit boek over.
De titel van zijn boek haalt de Griekse Yanis Varoufakis – hoe kan het ook anders – bij de Griekse historicus én generaal in het leger Thucydides. Na zijn deelname aan de Peloponnesische Oorlogen (in de vijfde eeuw voor Christus) schreef hij daar een historische analyse over. Die oorlog beslechtte een eeuwenlange rivaliteit tussen het Atheense en het Spartaanse Rijk. Athene verloor die strijd en werd een kleine stadstaat terwijl het Spartaanse Rijk de (toenmalige) ‘wereld’ veroverde.
Vraagteken?
In een theaterstuk over die periode schreef Thucydides: “De sterken doen wat ze kunnen en de zwakken ondergaan wat ze moeten ondergaan.” Daarmee verdedigde hij het standpunt van Athene, dat toen een opstandig volk een ultimatum oplegde van volledige overgave of volledige vernietiging. Wanneer de tegenpartij de immoraliteit van dit ultimatum aanhaalde, werd dat door de Atheners nonchalant weerlegd. “Macht rechtvaardigt alles.” In zijn titel voegt Varoufakis daar een vraagteken aan toe. Dat vraagteken drukt zowel verbazing uit als verontwaardiging.
Dat is ook de centrale stelling van dit boek. De ondertitel bij de Amerikaanse uitgave (Europe’s Crisis and America’s Economic Future) is anders dan bij de Britse (Europe, Austerity and the Threat to Global Stability). In het Nederlands wordt dat Hoe Europa de stabiliteit in de wereld bedreigt. Ook Varoufakis houdt rekening met de markt waar hij zijn boeken verkoopt.
Geen theoreticus
De sterrenstatus van Varoufakis is na zijn korte passage in de EU-cenakels in Brussel ontstaan. De oppervlakkige focus van de grote media op zijn onorthodoxe verschijning verzweeg dat deze man al veel langer heel wat te vertellen heeft. Zijn boeken verkopen nu zeer goed – vandaar ook de snelle vertaling van dit laatste boek – maar Varoufakis is al aan zijn vijftiende boek toe.
Een aantal van zijn professionele collega’s in de wereld van de economie laat niet na zijn misprijzen te laten voelen voor wat ze aanzien als een irritante stoorzender. Ze vergissen zich tweemaal. Ten eerste omdat Varoufakis niet de ambitie heeft om een briljant econoom te zijn met gloednieuwe paradigma en theorieën, maar daarentegen gezond verstand toepast en de reële maatschappij wil erkend zien in de economie. Bovendien, wie zijn eerdere boeken herleest, stelt vast dat de man ook sinds zijn sterrenstatus nog steeds hetzelfde zegt en schrijft als voorheen.
Wie dus op zoek is naar de nieuwste economische theorie die alles zal verklaren – na bijna drie eeuwen van economen die dit telkens opnieuw van zichzelf blijven denken – is bij deze man verkeerd verbonden. Varoufakis bezondigt zich net als zijn collega’s wel eens aan hoogdravende economische volzinnen die voor een normaal mens onbegrijpelijk zijn, maar over het algemeen lukt hij in dit nieuwste boek aardig in het begrijpelijk overbrengen van zijn historische analyse van het financiële wereldsysteem.
Zoals hij zelf uitlegt in het boek was het grotendeels geschreven voor hij deelnam aan de verkiezingen van januari 2015 op de lijsten van Syriza. Wat hij daarna deed was er nog wat actuele commentaar aan toevoegen en hier en daar reeds een glimp tonen van wat er achter de schermen van de Eurogroep gebeurde. Op dat laatste – complete – verhaal is het nog even wachten.
Van 1930 naar 2008
Dit boek vat ogenschijnlijk aan op 15 augustus 1971 wanneer Amerikaans president Richard Nixon beslist om de akkoorden van Bretton Woods op te zeggen. Die bonden de dollar als internationale wisselstandaard aan de andere wereldmunten van dat ogenblik en de dollar zelf aan een vaste goudwaarde. In feite gaat Varoufakis echter nog verder terug tot de periode voor en na de Tweede Wereldoorlog. Toen hebben de economische elites van een aantal westerse landen een aantal mechanismen afgesproken om na de Grote Depressie van de jaren 1930 het kapitalisme van de ondergang te redden.
Varoufakis verbindt die geschiedenis met het naoorlogse streven van de eerste Europese Economische Gemeenschap (EEG) naar de huidige Europese Unie(EU) en zijn gemeenschappelijke markt en ten slotte naar de Europese Muntunie met de euro als gemeenschappelijke munt. Hij legt uit hoe in de structuur van dat eurosysteem van bij de eerste dag de ineenstorting van 2008 ingebakken zat.
Het eurosysteem verbindt immers zeer sterke met zeer zwakke economieën zonder enige buffer. De enorme overschotten die de sterke exporterende landen (de ‘surpluslanden’) opbouwen ten koste van de zwakke importerende landen werden allesbehalve gebruikt om die evenwichten op te heffen, bij voorbeeld door die overschotten te investeren in de zwakke economieën. Het omgekeerde gebeurde. De surpluslanden – Duitsland op kop – gebruikten hun enorme geldreserves niet om te investeren maar om geld te lenen aan de zwakke economieën. De gevolgen zijn bekend.
“Ontzettend misleidende beschrijving”
Ondertussen verkochten bereidwillige media de mythe van de Griekse krekel die er op los leefde ten koste van de Duitse (Nederlandse, Belgische …) mier, die zeer spaarzaam was. Varoufakis vat die verwrongen voorstelling van zaken samen in zijn voorwoord:
”Zoals ik met dit boek hoop aan te tonen, is het probleem met Aesopus’ fabel van de krekel en de mier… dat ze een ontzettend misleidende beschrijving van de oorzaken van onze huidige crisis geven. Ze gaan om te beginnen voorbij aan het feit dat er in elk land machtige krekels zijn, ook in Duitsland en andere surpluslanden. Er wordt niet vermeld dat krekels uit het noorden én het zuiden vaak belangrijke internationale verbonden sluiten die niet in het belang zijn van de onvermoeibaar verder zwoegende Duitse, maar ook Griekse of Portugese mieren.”
“Maar nog belangrijker, de echte oorzaak van de eurocrisis heeft niets met het gedrag van mieren, krekels of andere beesten te maken. Die heeft te maken met de eurozone zelf, en in het bijzonder met de uitvinding van de euro. Dit boek gaat dan ook over een paradox:”
“Het Europese volk, dat zich tot dan toe zo mooi aan het verenigen was, werd door die gemeenschappelijke munt steeds meer verdeeld.”
Varoufakis beschrijft het zeer helder maar vergeet wel af en toe dat de lezer niet altijd zijn vorige boeken heeft gelezen. Zijn regelmatige verwijzing naar beeldspraak van de Minotaurus bijvoorbeeld had best wat toelichting kunnen gebruiken. (Zie de recensie van zijn boek The Global Minotaur hier).
Het had anders gekund
Reeds in Bretton Woods circuleerden de ideeën die Varoufakis nu verdedigt. Hij vindt met andere woorden geen nieuwe dingen uit, maar haalt ze uit de vergetelheid. Wat hij doet met dit boek is wijzen op de fouten in het systeem die onvermijdelijk tot de crisis van 2008 hebben geleid en remedies die dat hadden kunnen voorkomen. Hij legt ook uit waarom die bekende remedies steeds weer werden verworpen, omdat het algemeen belang van de maatschappij, laat staan van de gewone mens, niet de echte drijfveer van deze systemen was.
De sociale vooruitgang die er tijdens de ‘glorieuze dertig jaar’ na de oorlog kwam is er gekomen niet dankzij maar ondanks dit financiële systeem. Het lezen van dit boek is af en toe bijzonder zwaar voor de sociaal bewogen mens. Het lijkt wel of de ‘economie’ – of liever die versie van de economie die de machtigen der aarde als enig geldende promoten – allesbepalend is. De grootste verwezenlijking van de moderne democratie, de sociale welvaartsstaat, is een hinderpaal voor die ‘economie’.
Gezond verstand is ‘onorthodox’
Varoufakis kent de financiële wereld door en door. Hij blijft echter een buitenstaander. Dat staat hem toe zijn gezond verstand te gebruiken, wat zijn critici dan ‘onorthodox’ noemen. Hij beschrijft de economische en politieke persoonlijkheden en hun rol in het grotere geheel. Zijn politiek besluit is vernietigend voor die machthebbers en de titel van het boek verwijst ernaar.
“Het is nu duidelijk dat Europa’s religieus getinte toewijding aan de ‘regels’ niets anders is dan een sluier waarachter de sterken de regels bepalen ten behoeve van hun eigen politieke agenda.”
Die sterken zijn met andere woorden bereid voor hun eigen voordelen de stabiliteit van de EU en de hele wereld in gevaar te brengen. Dat doen ze ook effectief met hun huidig beleid.
Over de recentste geschiedenis van Griekenland zelf staat niet zoveel in dit boek. Dit zijn nog niet de memoires van de voormalige Grieks minister van financiën. Ook over de sociale realiteit van de ‘zwakken’ in de EU en Griekenland, van de titel van het boek, zegt Varoufakis in feite niet zoveel.
Varoufakis is de drijvende kracht achter de beweging voor de terugkeer van de democratie in Europa DiEM25. Een oordeel over die beweging is nog wat vroeg. Het blijft vooralsnog een intellectuele club die wel boeiende ideeën lanceert maar als beweging voor politieke vernieuwing nog alles te bewijzen heeft.
Yanis Varoufakis zelf blijft ondertussen een van de meest boeiende stemmen van de EU en de wereld. Van hem hebben we het laatste nog niet gehoord.