De definitieve uitslag van de presidentsverkiezingen in Honduras ligt nog niet definitief vast, maar waarschijnlijk wint oppositiekandidaat Salvador Nasralla van zetelend president Juan Orlando Hernández. Daarmee zouden de machthebbers voor het eerst sinds hun staatsgreep van 2009 het presidentschap verliezen. Of daarmee de democratie zal worden hersteld is echter zeer twijfelachtig.
Het kleine landje Honduras staat niet echt hoog op de agenda van de internationale media. Terwijl elke echte en vermeende machtsuitspatting in pakweg Venezuela breed wordt uitgesmeerd veroorzaken de frequente moorden in Honduras op journalisten en strijders voor de mensenrechten zoals Berta Cáceres nauwelijks een rimpel op het mediawater.
Sinds de door de VS gesteunde staatsgreep van 2009 is er nochtans stof genoeg om over de toestand in dit land verontwaardigd te zijn, (als verontwaardiging over schendingen van de mensenrechten en over de onderdrukking van democratie echt de drijfveer zou zijn van de berichtgeving). Eenzelfde observatie kan overigens worden gemaakt over de mensenrechtensituatie in landen als Mexico en Colombia, geen nieuws.
De recente presidentsverkiezingen in Honduras gingen net als die van 2014 en 2010 door in een atmosfeer van zware politieke repressie tegen acties, groeperingen en leden van de oppositie en tegen kritische media. Sinds de staatsgreep van 2009 worden arrestanten systematisch zwaar mishandeld, oppositiefiguren worden vermoord of verdwijnen. Honduras is een van de meest gevaarlijke landen ter wereld voor journalisten en vakbondactivisten.
Oppositiekandidaat Salvador Nasralla zou het halen met ongeveer 45 procent van de stemmen, terwijl zetelend president Hernández blijft steken op 40 procent. De overige stemmen gaan verloren aan een tiental onbekende kandidaten. Nasralla is niet echt een opposant van het huidige regime. Hij profileerde zich nooit op het verzet tegen de politieke repressie maar op de strijd tegen de corruptie, vanuit het idee dat als je de rotte appels uit het systeem zou halen, dat dan alles opgelost zou raken. Dat was in een notendop zijn electorale boodschap.
Er valt naast de politieke repressie echt wel een en ander te vertellen over de corruptie in Honduras. Vooral de revelatie dat politici en de bedrijfswereld het geld van de openbare sociale zekerheid in eigen zakken hadden gestoken zorgde voor grootschalige protesten van ‘indignados’ (‘verontwaardigden’).
Nasralla is een bekende sportjournalist en presentator in Honduras zonder politiek verleden. Voor hij zich kandidaat stelde als president presenteerde hij een praatprogramma met de hoogste kijkcijfers van Honduras. Hij hield zich in zijn tv-werk altijd volledig afzijdig van de politiek, ook tijdens en na de staatsgreep van 2009.
Bij de vorige presidentsverkiezingen van 2014 behaalde hij 13,43 procent met zijn Partido Anticorrupción (PAC), wat niet slecht was voor een partij die amper enkele weken voor de verkiezingen werd opgericht. Die dynamiek was echter voor het grootste deel het gevolg van zijn mediabekendheid. De verkozen parlementsleden van zijn partij – in Honduras gaan presidentiële, parlementaire en gemeentelijke verkiezingen op dezelfde dag door – vlogen echter snel elkaar in de haren en de partij viel uit elkaar.
Kort voor de recente verkiezingen brak Nasralla volledig met de partij die hij zelf had opgericht en sloot een verband met de Libre partij van Manuel Zelaya, de president die in 2009 door het leger werd afgezet. Zelaya was allesbehalve een progressief president, maar toen hij tijdens zijn presidentschap bescheiden maatregelen begon voor te stellen, onder meer over landhervorming werd hij door de oligarchie van het land aan de dijk gezet, met instemming van de Amerikaanse regering, die weigerde zijn omverwerping als een ‘staatsgreep’ te erkennen.
Dat verband bracht de 13,43 procent kiezers die Nasralla had verworven in 2014 samen met die van Xiomara Castro, de echtgenote van Zelaya die toen 28,78 procent van de stemmen had behaald met het gekende resultaat.
Of Nasralla de eisen van de partij Libre en van het sociaal verzet zal willen uitvoeren is onzeker. Zelfs als hij die intentie zou hebben moet hij rekening houden met een parlementaire meerderheid van de Nationale Partij van uittredend en (waarschijnlijk) verliezend president Hernández.
Bovendien, in 2009 was president Zelaya ook ingegaan tegen een rechtse parlementaire meerderheid en werd hij afgezet door het leger. De reële machtsverhoudingen zijn sindsdien niet gewijzigd. Nasralla (als hij president wordt) zal daar dus rekening moeten mee houden als hij aan wil blijven. De man is politiek een onbeschreven blad, maar dat hij nooit enige uitspraak heeft gedaan die ook maar doet vermoeden dat hij sympathieën zou hebben voor het sociaal verzet sinds 2009 is toch sprekend.
Dat zetelend president Hernández het niet haalt is zeker positief. Het toont dat de almacht van het huidige regime zijn grenzen heeft. Of daarmee de terugkeer van de democratie is ingezet is echter nog zeer twijfelachtig.
Opposition Wins Honduras Presidential Race, But Problems Lie Ahead