Werknemers uit sectoren die geen deel uitmaken van bestaande paritaire comités (de organen voor sociale onderhandelingen tussen werknemers en werkgevers) hebben actie gevoerd voor de hoofdzetel van de werkgeversorganisatie Verbond van Belgische Ondernemingen (VBO). Zij eisen dezelfde sociale rechten als hun collega’s in de andere sectoren.
Werknemers uit sectoren die geen deel uitmaken van de bestaande paritaire comités (de organen voor sociale onderhandelingen tussen werknemers en werkgevers) hebben actie gevoerd voor de hoofdzetel van de werkgeversorganisatie Verbond van Belgische Ondernemingen (VBO). Zij eisen dezelfde sociale rechten als hun collega’s in de andere sectoren.
De meeste werknemers worden syndicaal vertegenwoordigd in 100 paritaire comités, waarin vakbonden en werkgevers met hetzelfde aantal vertegenwoordigers ( = paritair) onderhandelen over de sociale arbeidsvoorwaarden in hun sectoren, zoals de sectoren van de distributie, de metaalnijverheid, de horeca.
PC100
18.000 werknemers in ongeveer 600 bedrijven, voor het merendeel kleine en middelgrote ondernemingen, hebben geen vertegenwoordiging in deze onderhandelingsorganen. Hun sociale eisen worden gedragen door het zogenaamde ‘aanvullend paritair comité’ PC100.
Het gaat voor hen bijna steeds over slecht betaalde werkplaatsen met ongunstige arbeidsomstandigheden. Samen met het ABVV en het ACV voerden zij actie voor de hoofdzetel van de werkgeversorganisatie VBO in Brussel.
Op dit ogenblik hebben deze werknemers geen gegarandeerde indexering voor hun reële lonen en krijgen ze slechts lage minimumlonen. Er worden aan hen ook geen premies uitbetaald voor ploegenarbeid en weekendwerk, geen eindejaarspremie en geen vergoeding van vervoerskosten van en naar het werk.
De werkgevers eisen nochtans van hen dezelfde prestaties als van de collega’s in de erkende sectoren: meer flexibiliteit, hogere productiviteit en rentabiliteit. De onderhandelingen in het paritair comité PC100 zitten na weken gesprekken in een impasse.
Volgens het ABVV en het ACV weigeren het VBO en de andere werkgeversorganisatie UNIZO om de 18.000 werknemers in deze sectoren dezelfde sociale rechten te geven, die ze wel toekennen aan werknemers in de andere sectoren.
Om deze discriminatie aan te klagen voerden zij actie aan het VBO-hoofdkwartier in de Ravensteinstraat in Brussel.