De Amerikaanse onderzoeksjournalist Gareth Porter ontrafelde het westerse verhaal over de ontwikkeling van kernwapens door Iran. Waarom zijn daar na twintig jaar nog steeds geen bewijzen voor gevonden? Die zogenaamde zoektocht dient een andere agenda.
De voorbije twintig jaar brachten de VS, Israël en de westerse media met de regelmaat van een klok de definitieve bewijzen van de slechte intenties, de leugens en het bedrog van Iran. Iran zou een gevaar voor de wereldvrede zijn. Niet alleen Israël was in gevaar, zelfs de EU werd bedreigd. In Polen stonden de afweerraketten al klaar om Iraanse raketten met kernbommen voor te zijn. Telkens werden die bewijzen na verloop van tijd onderuitgehaald. Iran zou het spel immers zeer sluw spelen en de wereldgemeenschap keer op keer weten om de tuin te leiden.
Gareth Porter is Amerikaans onafhankelijk onderzoeksjournalist met een stevige reputatie. Acht jaar lang dook hij in de archieven van dit dossier. Hij ploos de rapporten van het International Atomic Energy Agency uit, evenals de talloze documenten die de VS en Israël publiceerden en de duizenden persberichten over deze zaak. Zijn onderzoek heeft hij nu samengebracht in Manufactured Crisis. The Untold Story of the Iran Nuclear Scare.
Systematisch
Porter heeft een zeer gedetailleerd onderzoek gedaan. Waarom blijven de VS, Israël en de EU systematisch vasthouden aan de bewering dat Iran kernwapens ontwikkelt? Dit heeft tot doel te verhinderen dat Iran civiele kernenergie kan ontwikkelen. Iran heeft daar als lidstaat van de IAEA en ondertekenaar van het Non-Proliferatieverdrag (NPT) nochtans het volste recht toe.
Dit voortdurend opnieuw gerecycleerd verhaal is de methode om Iran te demoniseren en te isoleren. Iran is immers een olieproducerend land dat niet netjes aan het lijntje loopt van de westerse belangen. Dat Iran een theocratische dictatuur is, speelt daarbij geen enkele rol. Dat kan ook moeilijk. Saoedi-Arabië en andere Golfstaten zijn niet bepaald beter op gebied van mensenrechten, maar wel trouwe bondgenoten van het westen.
Porter doet nog een vaststelling. Dit verhaal kon (en kan) slechts zo lang volgehouden worden dankzij de bereidwillige medewerking van media, die de officiële lijn reproduceerden zonder enig bronnenonderzoek te doen. Beweringen die eenvoudige controle niet konden doorstaan, werden zonder problemen ‘gelekt’ terwijl de Iraanse versie van de feiten werd genegeerd of geridiculiseerd.
Zo kan het dat Israël voortdurend bewijsmateriaal fabriceert en dat dan opdringt aan de inspecteurs van de IAEA, zonder dat daar enige kritische bemerking bij wordt gemaakt. Israël is zelf een kernmacht met ongeveer tweehonderd kernbommen, weigert het NPT-verdrag te ondertekenen en laat al evenmin controles toe door datzelfde IAEA van zijn eigen kerninstallaties.
Porter spreekt zeer lovend over de vorige baas van het IAEA, de Egyptenaar Mohamed El Baradei, die de politieke druk vanuit de VS en de EU wist te weerstaan, om zijn rapporten ‘aan te passen’. Dat kostte hem uiteindelijk een tweede mandaat. Zijn opvolger, de Japanner Yukiya Amano, toont zich veel inschikkelijker voor politieke aanpassingen.
Civiele doeleinden
Iran heeft wel degelijk tweemaal gepoogd de technologie voor het ontwikkelen van kernwapens te beheersen. Een eerste maal gebeurde dat met de steun van de VS, toen de prowesterse sjah nog aan de macht was. Hij werd in 1979 afgezet en vervangen door het theocratische regime van de ayatollahs.
Ayatollah Khomeini was echter een principieel tegenstander van kernwapens en legde het programma van de sjah stil. Ook de geplande bouw van kerncentrales werd stopgezet. Khomeini was daarenboven een principieel tegenstander van chemische wapens. Tijdens de oorlog met Irak (1980-1988) werd Iran zwaar met chemische wapens bestookt (die Irak toen met ruime westerse steun kon ontwikkelen en inzetten). Toch weigerde Khomeini de ontwikkeling van chemische wapens toe te laten.
In 1984 besloot het regime alsnog het programma van het vorige regime te hervatten voor de ontwikkeling van kernenergie voor civiele doeleinden. De VS deed er alles aan om dat te verhinderen. Daarop is in Teheran het idee ontstaan om toch aan de ontwikkeling van kernwapens te beginnen.
Het regime in Teheran heeft dus inderdaad in de periode 2002-2003 gepoogd verrijkt uranium te produceren. Dat bleek echter een mislukking, onder meer omdat de VS andere landen (waaronder Frankrijk) zwaar onder druk zette om hier niet aan mee te werken. Iran bleek niet in staat om een eigen technische knowhow te ontwikkelen en gaf zijn onderzoek na achttien maanden op. Dat wordt ook jaar na jaar bevestigd door de jaarlijkse rapporten van de Amerikaanse veiligheidsdiensten sinds 2003.
Boeman
Vanaf de jaren 1990 – dus lang voor Iran dat effectief probeerde – begonnen de VS het civiel kernprogramma van Iran systematisch voor te stellen als een dekmantel voor het verwerven van inzetbare kernwapens. Dat had voor een deel te maken met de eigengereide houding van Iran op wereldvlak. Voor een ander deel was dat een gevolg van het verdwijnen van de Sovjet-Unie.
Het Pentagon en de CIA waren in de eerste jaren na de Koude Oorlog wanhopig op zoek naar een nieuwe boeman om hun budgetten te verantwoorden. Het ongehoorzame regime van de ayatollahs in Teheran was de ideale vervanger. Israël begon vanaf 1992 eveneens zwaar op de vermeende dreiging van Iran in te zetten, voor doeleinden die niets met Iran zelf te maken hadden. Iran begon vanaf toen Israël als een militaire dreiging te beschouwen.
Het is de regering van George W. Bush (2001-2009) die van het Iraanse nucleaire programma een ‘crisis’ maakte. Het IAEA verstrengde daarop zijn controles. Elk kwartaalrapport over die controles werd sindsdien voorafgegaan door ‘revelaties’ en ‘definitieve bewijzen’ die in de media werden gelanceerd. Geen enkele van die bewijzen bleek uiteindelijk te kloppen.
Gareth Porter geeft talloze voorbeelden. Sommige zijn op het absurde af. Op een bepaald ogenblik eisen de VS een onmiddellijk antwoord op een ‘nieuwe revelatie’, waarop Iran antwoordt dat dit reeds in een voorgaand rapport werd weerlegd, aan de hand van de informatie die Iran toen bij dat rapport had geleverd. De volgende dag verscheen in de kranten dat Iran weigerde de nodige informatie te geven.
Manufactured Crisis is een zeer gedetailleerd relaas met uitgebreide voetnoten en bronnenmateriaal over een conflict waar het einde nog niet van in zicht is.
Interview met Gareth Porter op The Real News:
Artikel oorspronkelijk verschenen in DeWereldMorgen.be.