Op 6 februari 2016 zit de Amerikaanse autochtoon (Indiaan) Leonard Peltier 40 jaar in de gevangenis voor de moord op twee FBI-agenten. Hij heeft altijd zijn onschuld staande gehouden, wat door talloze internationale organisaties en prominenten wordt bevestigd.
Dit is de hername van een eerder artikel van 12 september 2014, naar aanleiding van zijn zeventigste verjaardag, waarin een overzicht wordt gegeven van zijn rechtszaak.
Leonard Peltier is een van de langst opgesloten politieke gevangenen in de VS. Hij is een autochtone bewoner van het land dat nu de VS is, uit het volk van de Anishinabe-Lakota. In 1975 werd Peltier tot tweemaal levenslang veroordeeld voor de vermeende moord op twee gewapende FBI-agenten, tijdens een vuurgevecht op het reservaat Pine Ridge in de staat Zuid-Dakota in 1975.
Hij werd hoofdzakelijk veroordeeld op basis van de getuigenis van een Amerikaanse Indiaanse Myrtle Poor Bear. In 2000 legde zij een openbare verklaring af waarin ze stelde dat zij haar toenmalige getuigenis heeft afgelegd na maandenlange ondervragingen en mishandelingen door agenten van de FBI.
Ondanks jarenlange campagnes in binnen- en buitenland en een overvloed aan bewijzen dat het FBI getuigenissen heeft afgedwongen, getuigen heeft mishandeld en dat ballistisch bewijs werd gemanipuleerd tijdens het proces tegen Peltier in 1977, ondanks het feit dat meer getuigen ondertussen hebben toegegeven hebben geen idee te hebben wie eigenlijk de fatale schoten heeft gelost, desondanks wordt elk recht op parool aan Peltier ontzegd.
Peltier werd jarenlang mishandeld in de gevangenissen en verkeert in slechte gezondheid. Hij kan nauwelijks stappen wegens onbehandelde splinters in zijn beengewrichten en heeft moeite om te eten door een chronische ontsteking van zijn kaken, na slagen door cipiers.
Amnesty International en meerder andere mensenrechtenorganisatie hebben een oproep gericht tot president Obama om hem om medische en humanitaire redenen vrij te laten.
FBI blijft zich keihard verzetten
Peltier staat symbool voor het verzet van de American Indian Movement (AIM) van de jaren 1960 en 1970 tegen discriminatie en vooral tegen de bikkelharde politieke repressie van de beweging en zijn leiders door het FBI.
Het vuurgevecht van 1975 was één van de vele incidenten waarbij aanslagen werden gepleegd tegen leiders van AIM. Drie andere medeschutters van Peltier waren tijdens een eerder proces vrijgesproken. De rechtbank aanvaardde hun stelling dat zij hadden teruggeschoten uit wettige zelfverdediging tegen personen, van wie ze op het ogenblik van de feiten niet wisten dat het FBI-agenten waren en van wie zij veronderstelden dat het huurmoordenaars waren die eerder andere van hun medestrijders hadden vermoord.
Het is door deze nederlaag in dat eerste proces, dat het FBI alle middelen heeft ingezet om de vierde verdachte, Leonard Peltier, alsnog veroordeeld te krijgen. Die was tijdens het eerste proces nog voortvluchtig in Canada, omdat hij voor zijn leven vreesde. Peltier was eerder al aan aanslagen door het FBI ontsnapt.
De toenmalige politieke repressie van het FBI was een onderdeel van het beruchte COINTELPRO-programma dat tegen alle politiek dissidente groepen werd ingezet, zoals de Black Panthers, protestbewegingen tegen de oorlog in Vietnam en politieke figuren zoals Martin Luther King.
Het FBI zette tijdens deze operatie massaal mensen in om gewelddadige acties en interne afrekeningen te provoceren. Heel wat van de toen veroordeelde personen werden later vrijgesproken. Er zitten echter nog steeds tientallen onschuldigen in Amerikaanse gevangenissen, van wie Leonard Peltier een van de bekendsten is.
Recente onthullingen van onder meer WikiLeaks tonen aan dat het FBI vandaag nog steeds zulke politieke repressie organiseert, onder meer tegen de organisatoren van de Occupy-bewegingen.
Romans, televisieseries en films wekken de indruk dat het FBI en de CIA een eigen agenda volgden en een diepe staat binnen de staat zijn. Uit meerdere parlementaire onderzoeken is echter gebleken dat deze instellingen nauwgezet de orders volgen van de politieke bestuurders van de VS.