Steve Biko 65 jaar: hier vergeten, in Afrika nog steeds geëerd

Steve Biko: vierendertig jaar na zijn overlijden is zijn gelaat nog steeds een herkenbaar icoon voor alle Zuid-Afrikanen. Je ziet hem overal op graffiti, t-shirts, boeken, posters. Wij in het rijke westen mogen hem dan vergeten zijn, de Afrikanen weten wel beter.

Steve Biko: vierendertig jaar na zijn overlijden is zijn gelaat nog steeds een herkenbaar icoon voor alle Zuid-Afrikanen. Je ziet hem overal op graffiti, t-shirts, boeken, posters. Wij in het rijke westen mogen hem dan vergeten zijn, de Afrikanen weten wel beter. © 4WardEver UK

FacebooktwitterFacebooktwitter

Toen het wel een verschil had kunnen maken, boden de westerse grootmachten geen enkele steun aan de Zuid-Afrikaanse leider Steve Biko, net zoals ze vandaag geen enkele steun bieden aan de democratie in Bahrein, in Saoedi-Arabië en in talloze landen in Azië en Afrika. Zondag 18 december zou Steve Biko 65 jaar geworden zijn. Een terugblik

Vermoord omdat hij een democraat was

Op 10 oktober verscheen op deze site het artikel ‘Thomas Sankara: de Afrikaanse Che stierf op 15 oktober 1987’ over president Sankara van Burkina Faso waarin ik het ook even over Patrice Lumumba had. In dat artikel kloeg ik de medeplichtigheid aan van de vroegere koloniale grootmachten bij de repressie van Afrika, van Congo in 1961 tot Libië vandaag.

Als er nog een Afrikaans leider is, waardig aan hetzelfde eerbetoon als Sankara en Lumumba, dan is dat zonder twijfel Zuid-Afrika’s Steve Biko. Hij werd geboren op 18 december 1946, aangehouden en gefolterd door de politie van 18 augustus 1977 tot aan zijn dood op 12 september 1977. Zondag 18 december 2011 zou hij 65 jaar geworden zijn.

De oorlog tegen het terrorisme, nietwaar

Interessant om te vergelijken in deze tijden van de ‘oorlog tegen  het terrorisme’ is dat Biko werd gearresteerd op basis van de toenmalige Zuid-Afrikaanse ‘wet tegen het terrorisme’. De blanke heersers over Zuid-Afrika hadden een specifieke invulling van het begrip ‘terrorisme’: eender welk verzet tegen het systeem van de apartheid (een wettelijk systeem van raciale segregatie met de blanke minderheid aan de top).

Of dat verzet nu geweldloos of gewapend was, was daarbij totaal irrelevant, zoals Steve Biko mocht ondervinden tijdens zijn laatste dagen. Wel, niet helemaal, eigenlijk had het regime liever het gewapend verzet van het African National Congress (ANC) van Nelson Mandela dan de vreedzame oppositie.

In die tijden was het Westen officieel tegen de apartheid, tenminste toch in woorden. De retoriek tegen de brutale repressie van de Zuid-Afrikaanse politie was echter altijd lauw en tandeloos. Het gewapend verzet van het ANC daarentegen mocht onmiddellijke concrete represailles ondergaan. Het ANC prijkte jarenlang met stip op de lijst van terroristische organisaties.

Alleen maar handhaven van de ‘orde’

Tegen het ANC kon het Zuid-Afrikaanse repressieapparaat naar buiten toe nog de schijn ophouden dat het alleen maar ‘wet en orde’ handhaafde (‘wet’ zijnde wat de blanke minderheid besliste wat dat betekende).

Steve Biko en zijn collega’s waren feitelijk een grotere bedreiging, omdat leiders zoals hij het regime ontmaskerden voor wat het werkelijk was: een blanke racistische dictatuur. Het is zo dat men beter kan begrijpen waarom dat regime er zo hard op gebrand was om een lokale studentenleider met gematigde eisen voor raciale rechtvaardigheid het zwijgen op te leggen.

Inderdaad, Biko was ‘slechts’ een studentenleider, medestichter van de South African Students’ Organization (SASO) wat later de Black Consciousness Movement (BCM) (Beweging van de Zwarte Bewustwording) werd. Nauwelijks 25 jaar oud werd hij ‘verbannen’.

Verbanning?

Verbanning onder de apartheid betekende dat je nooit met meer dan één persoon tegelijk mocht spreken zowel in het openbaar als in je eigen huis (!), je mocht ook slechts een beperkte zone rond je huis verlaten. Je kon dus ook niet meer gaan werken. Contacten met de media waren uiteraard volledig verboden. Voorwaar echt de methodes van een ware democratie, zou je zeggen …

Zoals wel meer het geval is, had die repressie een averechts effect. De BCM bleef maar aangroeien en hoe meer Biko het zwijgen werd opgelegd, hoe meer zijn stem werd gehoord.

Toen de BCM de massale protesten van juni 1976 mee organiseerde in de arme zwarte township Soweto (South West Township) van Johannesburg beslisten de autoriteiten dat het welletjes was geweest. Op reis naar een meeting in een zoveelste overtreding van zijn verbanningsorders werd hij als ‘terrorist’ aangehouden en dood gefolterd.

Business as usual

Het Zuid-Afrikaanse regime was er gerust in. De westerse reactie was zoals gewoonlijk, lauw, inhoudsloos, zonder concrete repercussies. De uitvoer van steenkool, diamant, kobalt, uranium zou ongestoord doorgaan.

Het leven van Biko werd later onsterfelijk gemaakt in het lied ‘Biko’ van Peter Gabriël en in de film ‘Cry Freedom’ van Richard Attenborough, met steracteurs Denzel Washington en Kevin Kline in de hoofdrollen. Deze film van 1987 is gebaseerd op het boek ‘Steve Biko’ van de Zuid-Afrikaanse journalist Donald Woods.

Afrikaanse tragedie wordt Hollywoodverhaaltje

Je kan de film bekijken als een typisch professioneel gemaakt, uitstekend geacteerd feelgoodverhaal of er doorheen kijken en hem zien voor wat hij echt is: nog maar eens een ‘goede dappere blanke man helpt zwarte weerloze boy’-verhaaltje bedoeld voor een blank publiek.

De eerste helft van de film is redelijk goed. Daarin zien we het leven van Biko tijdens zijn verbanning, terwijl er niet al te veel wordt ingegaan op het blanke ‘liberale’ superklasse-leventje van journalist Donald Woods met een inwonende meid en tuinman (allebei zwart) in een tuinhuisje.

Dat dat spotgoedkoop personeel geen sociale rechten had, eens per maand voor één dag (!) naar huis mocht om de eigen kinderen te zien en niet eens alleen zonder begeleiding van de ‘master’ of zijn vrouw op straat mocht, dat wordt in de film met de mantel der liefde toegedekt. De blanke held met het smetteloze geweten in de bres voor zijn zwarte passief afwachtende broeder. De tweede helft van de film is een spannende thriller over de vlucht van Donald Woods en zijn gezin uit Zuid-Afrika.

Toen het wel een verschil had kunnen maken, verkozen onze regeringen de andere kant op te kijken. Toen het later niet meer rendeerde om de apartheid te ondersteunen, werd de dode Biko plots even een held. Nu zijn we hem weer vergeten. We hebben het immers te druk om gewapenderhand democratie te brengen naar Afrika.

Steve Biko? Oud nieuws!

In een fatsoenlijke wereld zou de herdenking van Biko’s verjaardag een hoofdpunt in het nieuws zijn. Nu ja, in een echt fatsoenlijke wereld zouden leiders zoals Steve Biko niet nodig geweest zijn. Steve Biko zou in een rechtvaardige wereld gewoon zijn echte droom bereikt hebben, zou huisarts geworden zijn.

Onze massamedia geven er de voorkeur aan Steve Biko te negeren. Zijn verhaal stoort het zelfbedieningsimago van ‘ons’ als de goede gasten die democratie en rechtvaardigheid brengen naar de wereld. De waarheid is minder aantrekkelijk: de westerse grootmachten (reken België daar maar bij) hebben hun ware koloniale ambities nog altijd niet opgegeven.

Afrika weet wel beter

Van Zuid-Afrika over Congo tot Libië laten de Afrikanen zich niet door ons beetnemen. Zij herinneren zich Steve Biko en andere Afrikaanse leiders wel. Zij kijken door onze retoriek heen en beoordelen ons op onze daden.

Artikel oorspronkelijk verschenen in DeWereldMorgen.be.