DeWereldMorgen.be had op 8 april voor het eerst de eer een waarschuwing te krijgen van Facebook voor mediakritiek op een artikel van de VRT over oorlogsmisdaden in het verleden en nu in Boetsja. Zo maakte de redactie kennis met de ondoorgrondelijke wegen van Facebook en de al even ondoorgrondelijke methodes van Facebook om daar geen verantwoording voor af te leggen.
DeWereldMorgen.be bestaat sinds 2010. Facebook bestond ook al maar had nog niet zijn huidige impact. Net als vele anderen begonnen wij artikels te posten op Facebook. Wat oorspronkelijk werd gepercipieerd als een aanvulling op de nieuwsbrief en de nieuwslijn op de website evolueerde naar de voornaamste methode om artikels, video’s, analyses, opinies te verspreiden.
Succesformule
Facebook werd een succesformule voor DeWereldMorgen.be met vandaag meer dan 53.000 volgers. Na een gestage groei van meerdere jaren is dat cijfer echter gestabiliseerd. Wij vermoeden, net als vele andere progressieve media, omdat Facebook zijn logaritmes heeft aangepast, met méér aandacht voor commerciële inhoud, minder voor maatschappijkritische bijdragen – die meestal ook consumptie-kritisch zijn!
Die verandering merkten we aan dalende volgcijfers. De uitlatingen van Facebook-eigenaar Mark Zuckerberg tijdens hoorzittingen in het Amerikaanse Congres gaven aan in welke richting dit internet-medium wil evolueren: mainstream, commercieel, vedettes, gossip …
Bij gebrek aan alternatief blijft ook DeWereldMorgen.be nog steeds dagelijks posten. Tot nu zonder veel problemen. Heeft het te maken met de Nederlandse taal? In ieder geval heeft deze nieuwssite nog geen druk gevoeld op wat wij aanbieden en wat summier kan worden samengevat als systeemkritiek op het sociaal-economisch bestel, op de dominantie van de mainstream media en op het selectieve wereldbeeld dat zij hun publiek aanbieden.
Artikel over een artikel
Op 8 april 2022 plaatsten wij een kritische beschouwing over een artikel van de openbare omroep VRT. Het artikel Gaat ook Boetsja geschiedenis in door oorlogsmisdaden? Guernica, My Lai, Srebrenica: andere namen op een trieste lijst bood een terugblik op vorige oorlogsmisdaden en stelde de retorische vraag of Boetsja die lijst gaat vervoegen.
Een veel meer relevante vraag dan “Gaat Boetsja deze lijst vervoegen?” is “Hoe reageerden politiek en media op vroegere oorlogsmisdaden, op het ogenblik zelf dat ze gebeurden?”
In ons artikel VRT overzicht oorlogsmisdaden past principes oorlogspropaganda toe wezen we er op dat de VRT-selectie van vermelde oorlogsmisdaden niet lukraak of toevallig was, maar gericht. Of dat bewust of onbewust gebeurde doet hier niet terzake. De kern van onze kritiek was dat zij compleet het essentiële kenmerk van de vernoemde oorlogsmisdaden negeerden (voor een overzicht van de 10 principes van oorlogspropaganda, zie Anne Morelli over oorlogspropaganda: “Twijfel altijd, over wat men ons opdringt én over wat we er zelf over menen te weten”).
Een veel meer relevante vraag dan “Gaat Boetsja deze lijst vervoegen?” was volgens onze mediakritiek immers “Hoe reageerden politiek en media op vroegere oorlogsmisdaden, op het ogenblik zelf dat ze gebeurden?”
Als dat het uitgangspunt zou zijn geweest, had de VRT een en ander kunnen vaststellen. Ondermeer dat Europa op de massamoord in Guernica reageerde door het wapenembargo tegen de Republikeinse regering (het slachtoffer) te handhaven, terwijl het continent passief bleef toekijken hoe Duitsland en Italië het rebellerende leger (de daders) onder leiding van Franco verder bleven bewapenen.
Dan had de VRT tevens kunnen melden dat de media de slachtpartij in My Lai twee jaar lang negeerden, niet eens omdat ze ‘onbekend’ was, maar omdat ze als routineus werd ervaren, niet vermeldenswaard, én tenslotte, dat de echte schuldigen nooit werden vervolgd, laat staan dat sancties tegen het betrokken land (de VS) ooit werden overwogen.
Dan zou de lezer/kijker vernomen hebben dat oorlogsmisdaden heel anders worden aangepakt naargelang ze door onszelf of onze bondgenoten worden begaan dan wanneer onze vijanden de daders zijn.
En vooral, dat de massamedia een essentiële rol hebben gespeeld (en blijven spelen) in het selectief informeren van de publieke opinie over welke oorlogsmisdaden veroordeeld horen te worden (de hunne) en welke niet (de onze).
De regels van de ‘community’?
Zoals steeds plaatsten we ook dit artikel op Facebook. Toen gebeurde het. We hadden het zelf niet door tot een lezer ons er op wees. Je kan het trouwens nog steeds vaststellen. Wanneer je op onze Facebookpost van 8 april om 6:47 naar het artikel klikt, krijg je eerst een waarschuwing van Facebook in de plaats (zie screenshot hierboven).
Zelf werden wij door Facebook niet op de hoogte gebracht van deze tussenkomst, noch werd verduidelijkt welke ‘richtlijn voor de community’ met deze post precies werd overtreden. Wij dienden daarom een klacht in op het daartoe door Facebook beschikbaar gestelde adres.
Klachten indienen tegen Facebook blijkt een Kafkaiaanse calvarie. Deze procedure is overduidelijk zo ontworpen om klachten te ontmoedigen. Op een eerste klacht met screenshots kregen wij het laconieke e-mailantwoord dat er van enige tussenkomst van Facebook geen sprake zou zijn en dat onze klacht daarom als afgehandeld werd beschouwd.
Een tweede klacht leidde opnieuw tot hetzelfde antwoord, waarna we zowaar op 11 april om 23:30 ‘s avonds een telefoontje kregen van een vertegenwoordigster van Meta Concierge Support. Dit gesprek leek wel uit een boek van Franz Kafka gejat.
Franz Kafka meets Facebook
Eerst poogde de persoon in kwestie te doen alsof ze enkel inlichtingen wenste om te weten waar de klacht precies over zou gaan, alsof dat uit de screenshots niet duidelijk genoeg bleek. Na enig aandringen erkende zij de tussenkomst van Facebook dan toch, maar wees er op dat zij “daar niet over ging” en er dus ook niets aan kon veranderen. Zij kon ook niet antwoorden op de vraag waarom precies Facebook deze restrictie had toegevoegd aan ons bericht.
Op de logische vraag om dan maar door te verbinden naar personen of diensten die daar wel “over gaan” of een contactadres te geven, kwam het verbijsterende antwoord dat zij dat niet weet en niet kan weten.
Er volgde een verhitte discussie over zin en onzin van klachten over Facebook-praktijken, waarna zij uiteindelijk bevestigde dat het over de foto bij het bericht gaat. Het tonen van dode lichamen zou ingaan tegen de richtlijnen van de community.
Door dit te bevestigen sprak zij uiteraard alles tegen wat zij tevoren had beweerd. Kafka werd echter nog meer cassant. Of de restrictie dan zou worden verwijderd als wij de foto van het bericht zouden verwijderen? “Waarschijnlijk”. “Hoezo, waarschijnlijk?” Enig aandringen later werd dat “Dat kan ik niet garanderen, want wij gaan daar niet over”. Zij kan deze klacht ook niet doorgeven aan wie dat wel zou kunnen …
De betreffende foto hebben wij onmiddellijk na dit gesprek verwijderd. Je kan hem terugzien – en zelf over de relevantie oordelen – door op het artikel te klikken. 18 dagen later krijgt de Facebook-bezoeker nog steeds dezelfde verwittiging.
Precedent zonder mogelijkheid tot verdediging
Facebook laat er geen twijfel over bestaan. Wanneer zich meerdere incidenten voordoen kan een tijdelijke of definitieve afsluiting van het account beslist worden. Door de restrictie bij het betrokken bericht te laten staan heeft Facebook dat eerste precedent.
Enig zoekwerk laat ons echter besluiten dat de kwestieuze foto niet de echte reden is voor de tussenkomst van Facebook. Eerst en vooral omdat foto’s van gedode mensen ruim circuleren op Facebook, vooral sinds de massamoorden in Oekraïne, maar ook daarvoor. Om maar één voorbeeld te noemen, bij artikels van de VRT met foto’s van gedode personen werd die restrictie niet toegepast (zie screenshots hierboven).
Het minste dat daaruit kan worden besloten is dat Facebook selectief sanctioneert. Is deze sanctie van Facebook al bij al miniem in vergelijking met wat anderen overkomt (zie verder), de impliciete boodschap is duidelijk: jullie zijn verwittigd, wij houden jullie in het oog, er is al een ‘precedent’, let voortaan maar goed op’.
Over het artikel zelf kan Facebook geen opmerkingen geven, het vermelde feitenmateriaal is historisch bekend. De duiding bij deze feiten is opiniërend, dat is voor iedereen duidelijk genoeg. Daar mag men het mee oneens zijn, maar de framing van Facebook maakt er iets heel anders van. Dit is een website die je niet mag vertrouwen …
Dit is hetzelfde Facebook dat recent besliste om het Azov-bataljon en andere extreemrechtse organisaties in Oekraïne niet langer te verbannen. Meer nog, Facebook laat haatberichten toe die oproepen tot het uitmoorden van ‘alle Russen’, met gruwelijke foto’s van wraakacties in de straten van Oekraïense steden en dorpen – die blijkbaar de regels van de community niet overtreden
Naar echte censuur is nog een kleine stap
Er zijn meerdere indicaties dat de vrije meningsuiting in gevaar is, ook in parlementaire democratieën. Een parlementslid van Open VLD riep in de Kamer op om de subsidies van Vrede vzw in te trekken omdat de organisatie het aandurft de NAVO een deel van het probleem te noemen. Het gaat hier om een meningsverschil, niet om een of ander strafbaar feit zoals spionage of oproepen tot het plegen van strafbare feiten. Deze volksvertegenwoordiger eigent zich het recht toe om te oordelen welke meningen mogen worden geuit.
Nederlands is een relatief onbelangrijke taal op het wereldwijde internet. Hoe goed of slecht DeWereldMorgen.be of de VRT ook zijn, de kans dat deze media worden gelezen in de VS, Latijns-Amerika, Afrika, Azië of Rusland is ongeveer nihil (en zelfs korte Engelstalige artikels van de VRT halen nauwelijks buitenlandse volgers). Dat is niet zo voor Engelstalige media.
Maar, wanneer het regent in New York, druppelt het ooit in Brussel. In de VS werden de YouTube-accounts van meerdere alternatieve onderzoeksjournalisten afgesloten op basis van dezelfde redenering, dat ze fake nieuws en pro-Russische desinformatie zouden verspreiden.
Chris Hedges is een voormalig journalist van The New York Times, die Pulitzer prijzen won voor zijn onderzoeksjournalistiek. Zijn programma On Contact won meerdere Emmy Awards in de zes jaar dat hij dit programma produceerde. Daarin had hij het over een zeer breed spectrum van thema’s, meestal met Amerikaanse auteurs en hun boeken die kunnen worden samengevat als kritisch voor het binnen- en buitenlands beleid van zijn eigen land, de VS.
Chris Hedges over de verwijdering van zijn programma door YouTube:
Rusland kwam er nauwelijks in aan bod en als het al gebeurde waren het kritische opmerkingen. Chris Hedges bood zijn programma aan elk Amerikaans medium aan, maar enkel RT America nam het over. Alle andere mainstream media in de VS weigerden. Zijn volledig archief werd van YouTube verwijderd. Hij werd daar niet over verwittigd, noch over de redenen waarom dat gebeurde. Hij moest het proefondervindelijk vaststellen. Verdediging is niet mogelijk.
Lee Camp is een Amerikaanse standup-comedian die politiek getinte satire brengt. Ook hij heeft het in zijn programma Redacted Tonight nooit over Rusland, maar badineert op vinnige, sarcastische manier over het aardse paradijs van zijn eigen land, de VS. Net Als Hedges heeft hij het dus nooit over Rusland, tenzij zeer kritisch. President Poetin heeft hij meermaals bijtend hilarisch vergeleken met Donald Trump. Ook zijn programma werd uitgezonden op RT America. Zijn YouTube-archief werd eveneens verwijderd.
Abby Martin over de verwijdering van haar programma’s (en van filmregisseur Oliver Stone) door YouTube:
Meest kafkaiaans is de schorsing van het YouTube-archief van journaliste Abby Martin. Zij had een aantal jaren het programma Breaking the Set op RT America maar brak met de zender in 2015, nadat Rusland de Krim annexeerde, wat ze openlijk aankondigde in haar programma op Russia Today. Sindsdien produceert zij net als Hedges haar ‘syndicated’ programma The Empire Files. Het ‘empire‘ in haar programma is niet Rusland maar de VS. Zij focust vooral op het buitenlands beleid van de VS in Latijns-Amerika en op de bezetting van Palestina. Beide archieven werden van YouTube verwijderd.
Geen enkele van deze journalisten kan als ‘pro-Russisch’ weggezet worden. Zij zijn kritisch voor de VS, daar gaat het echt over. Met andere woorden, de ‘powers that be’ in de VS maakten gebruik van de oorlog in Oekraïne om dissidente stemmen in eigen land te kortwieken.
Ook hier
Het gevaar zit echter dichterbij dan we vermoeden. In eigen land werd sinds kort het YouTube-archief van de Franstalige onderzoeksjournalist Michel Collon Investig’Action eenzijdig verwijderd. Het staat iedereen vrij een eigen idee te hebben over de inhoud die door Investig’Action wordt aangeboden.
Zij die argumenten, zinnen, uitspraken, opinies, analyses uit al deze bronnen extraheren en zonder context reproduceren om hun uitsluiting te rechtvaardigen begaan de ultieme misdaad van censuur. Wat zij zeggen, is niet dat ze het met bepaalde meningen oneens zijn, wat zij zeggen is dat bepaalde meningen niet mogen geuit worden. In andere tijden noemde men dergelijke handelswijze totalitair.
Om het nog duidelijker te stellen: of je het met de opinie, duiding, analyse van Chris Hedges, Lee Camp, Abby Martin, Michel Collon en zovele anderen eens bent of niet is hier volledig naast de kwestie. De enige vraag die men mag stellen is deze: “Hebben deze journalisten het recht hun werk te doen of niet?” Het antwoord van zij die hen censureren is neen. Waarvan akte.
DeWereldMorgen.be is niet van plan zijn huidige lijn over de oorlog van Rusland in Oekraïne te wijzigen. Die lijn staat duidelijk weergegeven bovenaan dit artikel. In deze hebben wij bovendien de geschiedenis aan onze kant. Telkens weer werd iedereen die niet de voorgeschreven lijn volgde gebrandmerkt als mededader, medeplichtige van dictators en van oorlogsmisdaden. Het meest schrijnende – maar helemaal niet het enige – voorbeeld is 2003. Toen werd de vredesbeweging verketterd als fan van dictator Saddam Hoessein, omdat zij het argument van de massavernietigingswapens verwierp.
U werd niet ‘misleid’, u speelde het spel mee
De grote media claimen vandaag dat ze misleid waren (‘we were hoodwinked’ zoals BBC-journalist Jeremy Paxman beweerde). In werkelijkheid waren de feiten volledig bekend vanaf de eerste dag. De dossiers van de vredesbeweging van 2003 kloppen volledig, 100 procent, vóór de verklaringen van Colin Powell én erna.
De media weigeren nog steeds te erkennen dat ze de feiten toen niet wilden weergeven op het ogenblik zelf, omdat het niet in hun politieke agenda paste. Eén miljoen doden en een totaal verwoest Irak verder krijgen ze het nog niet uit hun pen gerukt om dat toe te geven. Dit staat Oekraïne te wachten als het van de media en van de NAVO afhangt.
Het ziet er naar uit dat ze bereid zijn hetzelfde te laten gebeuren met Oekraïne. Zoals een voormalig VS-ambassadeur het verwoordt: “De VS willen Rusland vernietigen tot de laatste Oekraïner”.
Oorlogen stoppen met wederzijdse toegevingen. De NAVO is daar niet toe bereid en is dus de facto de meest gevaarlijke organisatie op aarde voor het voortbestaan van de mensheid.
De NAVO bereidt zich volgens de krantenkoppen voor op een jarenlange oorlog en laat zich niet stoppen door het risico op een allesvernietigende kernoorlog. De wapenbedrijven staan kwijlend toe te kijken, terwijl de generaals het glas heffen op een bonanza aan middelen en materiaal die hun richting uitgaan.
De slachtoffers zijn nu al bekend: in de eerste plaats de Oekraiense bevolking, wat zal volgen is massale sociale inleveringen voor het financieren van obese legerapparaten en een einde aan de strijd tegen de klimaatcrisis. Legers zijn de meest vervuilende ‘bedrijven’ op aarde.
Oorlogen stoppen met wederzijdse toegevingen. De NAVO is daar niet toe bereid en is dus de facto de meest gevaarlijke organisatie op aarde voor het voortbestaan van de mensheid.
Het is niet te laat om te handelen om deze rampspoed te voorkomen, het is nooit te laat. DeWereldMorgen.be laat zich door dit eerste Facebook-schot voor de boeg niet intimideren.