Er wordt in progressieve middens schande gesproken over de titel ‘warme Thatcher’ die de nieuwe federale Staatssecretaris voor Asiel en Migratie Nicole de Moor van haar partij CD&V toebedeeld krijgt. Toch is dit een terechte en gefundeerde verwijzing naar de waarden die de christendemocratische partij in haar bestaan heeft beleden.
Om te begrijpen waarom de ‘warme Thatcher’ wel degelijk verwijst naar de echte waarden die de CD&V in haar vorige gedaante van de CVP heeft beleden is het belangrijk in herinnering te brengen wie de ‘koude Thatcher’ en de ‘warme CVP’ waren
De ‘koude Thatcher’
Het minste dat je van voormalig Conservatief Brits eerste minister Margaret Thatcher (1925-2013) kan zeggen is dat ze tijdens haar bestuur (1979-1990) een historische stempel heeft gedrukt op haar land, die zijn gevolgen tot vandaag laat voelen.
Zij wordt algemeen beschouwd als de eerste regeringsleider ter wereld die openlijk het neoliberalisme van de minimale staat doordrukte, reeds twee jaar voor VS-president Ronald Reagan (1981-1989) hetzelfde deed in de grootste economie op aarde.
Haar val kwam er na elf jaar omdat zij te zegezeker was geworden en een stap te ver zette met haar voorstel van een poll tax. Dat kwam er op neer dat belastingen niet langer gebonden zouden zijn aan het inkomen, maar dat ieder burger eenzelfde vast bedrag zou betalen.
Gezinnen met kinderen zouden per persoon worden belast en dus meer belastingen betalen dan kinderloze gezinnen of ongehuwden, of ze rijk of straatarm waren maakte daarbij geen verschil. Hoewel haar partij niet echt tegenstander was van het idee, zagen haar machtsrivalen in de massale protesten de kans om haar na 11 jaar te vervangen.
Zij moest dus wegens interne partijproblemen aftreden, maar werd opgevolgd door partijgenoot John Major (1990-1997) die nog zeven jaar haar afbraak van de sociale welvaartsstaat verder zette. Wanneer men haar later naar haar grootste verwezenlijking vroeg, zei ze zonder aarzelen: ‘The Labour Party’.
In 1997 won oppositiepartij Labour onder leiding van Tony Blair na 18 jaar terug de verkiezingen. Hij zette als zelfverklaard verlicht sociaal-democraat het economisch beleid van Thatcher verder en noemde dat het socialisme van de Derde Weg.
Het was een goed klinkend eufemisme voor hetzelfde neoliberaal beleid als zijn Conservatieve voorgangers, met een zachter klinkend woordgebruik en wat sociale accenten.
Is Tony Blair vandaag een van de meest gehate politici van Groot-Brittannië, hij moet negen jaar na haar dood de eer voor eerste plaats nog steeds afstaan aan Margaret Thatcher.
De ‘harde Thatcher’
Zo vergiftigd is haar naam dat Conservatief eerste minister Theresa May (2016-2019) openlijk bevestigde dat Thatcher de Conservatieve Partij voor de bevolking tot de ‘nasty party’ maakte. Volgens haar was dat onterecht, maar de perceptie was onmiskenbaar.
Thatcher doorbrak de officiële sancties tegen het apartheidsregime in Zuid-Afrika met de aankoop van steenkool om de mijnwerkersstaking in eigen land te breken. Zij voerde zelfs steenkool in, uit de door haar gehate staten Polen en de Sovjet-Unie. Daarnaast bleef ze zo lang ze kon Nelson Mandela een terrorist noemen. Tijdens haar bestuur was de repressie in Noord-Ierland op zijn toppunt.
Van haar zijn de fameuze uitspraken ‘There Is No Society’ en ‘There Is No Alternative’ (TINA) voor het economisch model dat zij aan haar land oplegde. Dit was de ‘harde Thatcher’.
Ook na haar vertrek uit Downing Street 10 (het kabinet van de eerste minister) bleef zij uitspraken doen en standpunten innemen, die haar eigen partij meermaals in verlegenheid brachten – niet dat ze het er mee oneens waren. Ze was echter te brutaal eerlijk – zo werd dat niet meer gedaan volgens de nieuwe politieke zeden.
Warm voor Pinochet
Chileens dictator Augusto Pinochet was reeds meerdere malen voor medische behandeling in Groot-Brittannië geweest, waarbij hij iedere keer Margaret Thatcher op bezoek kreeg. Zij had zijn dictatuur tijdens haar bestuur altijd openlijk verdedigd.
In 1998 gebeurde iets totaal onverwacht en ongezien. Pinochet werd in Londen aangehouden op basis van een Interpol-bevel tot aanhouding op beschuldiging van misdaden tegen de mensheid tijdens zijn bewind.
Dat gebeurde ondermeer op basis van rechtszaken die in Spanje en in België door Spanjaarden en Chilenen waren aangespannen, op basis van wetten die voor misdaden tegen de mensheid het recht gaf om buitenlandse burgers in het buitenland te laten aanhouden.
De Britse regering van Tony Blair zat met de zaak zeer verveeld. Juridisch kon de regering niet anders dan het aanhoudingsbevel uitvoeren. Pinochet was tot dan zo zeker geweest dat hij met een eventuele aanhouding geen rekening had gehouden. Blair had bovendien in de eigen regering ministers die als jonge activisten nog tegen de dictatuur in Chili hadden gemanifesteerd.
Pinochet werd ‘om medische redenen’ niet echt aangehouden maar kreeg huisarrest in de Londense villa waar hij al verbleef. Daar bracht Thatcher de regering nog meer in verlegenheid door Pinochet meermaals te bezoeken en daarbij voor de camera’s in zijn bijzijn te verklaren, dat ze fier was om samen met hem te hebben gestreden voor democratie …
Over naar de ‘warme CVP’
Op 25 april 1974 werd Leo Tindemans eerste minister van een regering van christendemocraten (de CD&V heette toen nog CVP – Christelijke Volkspartij) en liberalen. Op dat ogenblik was Augusto Pinochet zeven maanden aan de macht na zijn staatsgreep van 11 september 1973 in Chili.
De repressie was dan op zijn hoogtepunt. Duizenden Chilenen werden doodgemarteld, zwangere activistes werden in leven gehouden tot na hun bevalling. Executies gebeurden zonder enige vorm van proces, onder meer door gevangenen geboeid vanuit helikopters in zee te gooien.
Op meerdere vragen van parlementsleden om de wreedheden in Chili te veroordelen weigerde eerste minister Tindemans in te gaan. Hij ging daarmee zelfs verder dan zijn christendemocratische geloofsgenoten in andere Europese landen. “België erkent alleen landen, geen regimes” was het sofisme waarmee hij niemand overtuigde, maar hij bleef onwrikbaar.
De CVP had de staatsgreep tegen president Salvador Allende in 1974 nog steeds niet afgekeurd. De partij ging er immers van uit dat opperbevelhebber van het leger Pinochet na het ruimen van het ‘puin’ de macht wel zou overdragen aan Eduardo Frei senior, voorganger van Allende, die in 1970 door hem werd verslagen.
Chili is naast El Salvador het enige Latijns-Amerikaanse land waar de christendemocratie een grote conservatieve politieke kracht was/is, in tegenstelling tot de rest van het continent waar de christendemocratie naar Europees model nooit heeft bestaan.
Ook de VS, de voornaamste sponsor van de staatsgreep, gingen ervan uit dat Pinochet weldra ‘verkiezingen’ zou uitroepen en dat Eduardo Frei na een onderbreking van vier jaar de macht terug zou overnemen, die hem naar christendemocratische normen organisch toekwam.
Pas nadat duidelijk werd dat Pinochet dat niet van plan was en integendeel zelf president werd, keerde het tij in de Europese christendemocratie en in de CVP.
Over naar de ‘warme Thatcher’
Wie precies bij de CD&V op het idee is gekomen om Nicole de Moor als opvolgster van Sammy Mahdi de roepnaam ‘warme Thatcher’ te geven is niet zeker en in feite is dat ook niet belangrijk.
Zoals hierboven werd uitgelegd grijpt de partij met die benaming wel degelijk terug naar de historische waarden die de Belgische christendemocratie altijd heeft beleden en verdedigd.
Met zijn ‘warme Thatcher’ stuurt de partij een dubbele boodschap uit naar de buitenwereld. Zij zal het beleid van haar voorganger op vlak van asiel en migratie onveranderd verder zetten. Dat hoeft ook niet te verwonderen.
Als kabinetchef was zij de echte uitvoerder die op de ‘werf’ de plannen van haar architect uitvoerde. Zij zat tevens met de staatssecretaris mee aan de tekentafel van dat beleid. Dat beleid kan samengevat worden als een verderzetting van het beleid van hun voorganger Theo Francken (N-VA).1 Het beleid van Francken was op zijn beurt een kopie van voorganger Maggie De Block (Open VLD) maar hij voegde er wel extreemrechtse keiharde retoriek aan toe.
Qua harde retoriek moest Mahdi in ieder geval niet onderdoen voor Francken. Is het de bedoeling van haar eretitel aan te kondigen dat staatssecretaris de Moor een zachter beleid zal voeren in woorden – maar niet in daden, met de boodschap ‘Er is geen alternatief’ voor dit beleid, maar de staatssecretaris zal het met een ‘warm’ hart uitvoeren?
Een onzekere toekomst
Of de ‘warme Thatcher’ de andere rechtse partijen zal kunnen overtuigen van de degelijkheid van haar harde asiel- en migratiebeleid mag betwijfeld worden. Het is voor hen per definitie toch nooit rechts genoeg. De ‘vreemdelingen’ zijn een veel te gemakkelijk afleidingsmanoeuvre weg van de echte sociale en leefmilieuproblemen om deze aanpak los te laten.
Van de partijen die links van haar staan op vlak van asiel en migratie zitten er twee mee in de federale regering. Van hen zal zij even veel – of even weinig – last ondervinden als Mahdi sinds zijn aantreden in 2019.
Het tekent de interne stuurloosheid van de CD&V dat de partij met een dergelijke bizarre eretitel een opvolger aankondigt, een boodschap die niemand overtuigt. Het doembeeld van een electoraal resultaat onder de tien procent zal met deze ‘warme Thatcher’ niet verminderen.
De toekomst blijft onvoorspelbaar, maar de ineenstorting van de CD&V/CVP doemt nog steeds aan de horizon als een zeer mogelijk eindpunt voor wat ooit tientallen jaren de grootste partij van Vlaanderen en België was (zie Ineenstorting CD&V/CVP begon in 1999 en is niet meer te stoppen).
Note:
1 De officiële voorganger van Sammy Mahdi was Maggie De Block (Open VLD) die na het Marrakesh-ontslag van Francken op 9 december 2018 een jaar de fakkel overnam, grotendeels als ontslagnemend staatssecretaris na de verkiezingen van 2019. Ook zij zette zijn beleid ongewijzigd verder.