In een Open Brief aan de Nederlandse en Belgische ministers van Landbouw en Volksgezondheid bekritiseren 158 Nederlandse en 132 Belgische wetenschappers de ernstige tekortkomingen in de risicobeoordeling van de onkruidverdelger glyfosaat door de Europese Commissie. Zij vragen een nieuwe beoordeling van de risico’s van glyfosaat, zo meldt de Bond Beter Leefmilieu.
Vrijdag 16 november stemmen de regeringsleiders van de EU-lidstaten voor de tweede keer over de verlenging van de huidige vergunning voor het gebruik van glyfosaat. 290 wetenschappers, uit onderzoeksinstellingen en gezondheidsdisciplines, stellen dat de huidige procedure die werd gebruikt om een verlenging goed te praten niet kan bepalen of glyfosaat veilig is of niet.
Op 13 oktober werd reeds gestemd over de hervergunning van glyfosaat. Het voorstel van de Europese Commissie om de onkruidverdelger nog tien jaar langer te gebruiken, behaalde geen gekwalificeerde meerderheid.
Een gekwalificeerde meerderheid bepaalt dat een beslissing van de Europese Commissie pas wordt goedgekeurd als minstens 15 van de 27 EU-lidstaten een ja-stem geven en als de ja-stemmende landen samen meer dan 65% van de totale bevolking van de EU vertegenwoordigen.
Onder meer de Belgische regering, vertegenwoordigd door federaal minister David Clarinval (MR-Franstalige liberalen) en Nederland onthielden zich bij de eerste stemming in oktober. Omdat de gekwalificeerde meerderheid niet werd gehaald moet de Europese Commissie bijkomende argumenten geven voor een tweede stemming die op donderdag 16 november doorgaat.
De Open Brief van de wetenschappers stelt dat beschikbaar onafhankelijk en recent onderzoek niet ernstig in rekening wordt gebracht bij de risicobeoordeling van glyfosaat en andere chemische stoffen door de Europese Commissie.
Eenzijdig gebruik rapporten pro-glyfosaat
De 290 wetenschappers bekritiseren dat vooral studies aangebracht door de betrokken industriële sectoren worden opgenomen in de evaluatie door de Europese Commissie. Uitermate relevante en onafhankelijke studies, zoals over het mogelijk verband tussen de ziekte van Parkinson en het gebruik van glyfosaat, werden niet overwogen.
Het Europees Agentschap voor Voedselveiligheid (EFSA) geeft wetenschappelijk advies aan de Europese Commissie inzake de risico’s van pesticiden. De wetenschappers wijzen erop dat het beoordelingskader van het EFSA verouderd is.
Het EFSA kijkt bijvoorbeeld enkel naar zichtbare effecten op de motoriek of het gedrag van proefdieren. Deze zichtbare effecten ontstaan echter pas in een laat stadium, wanneer er bijvoorbeeld in het geval van de ziekte van Parkinson al uitgebreide schade in de hersenen is opgetreden.
In de modellen gebruikt door het EFSA wordt enkel de blootstelling van een stof via voeding en water bekeken. Dit terwijl tal van studies aantonen dat glyfosaat en andere stoffen zich over lange afstanden verplaatsen en accumuleren in bijvoorbeeld huisstof, en het lichaam via de huid en ademhaling binnendringt. Bovendien wordt glyfosaat in onkruidverdelgers steeds gemixt met andere stoffen, die hun werking vaak versterken. Het toetsingskader houdt geen rekening met de effecten van die cocktails.
Verband met Parkinson, ALS en Alzheimer wordt genegeerd
“Men kan niet simpelweg blijven beweren dat er geen wetenschappelijk bewijs is voor het verband tussen glyfosaat en de ziekte van Parkinson; er is te veel onderzoek dat in die richting wijst en dat zou moeten aanleiding geven tot een verbod op gebruik van het middel”, zegt prof. dr. Patrick Santens, neuroloog gespecialiseerd in neurodegeneratieve aandoeningen aan UGent en UZ Gent.
De Open Brief kaart ook aan dat oxidatieve stress, een erkend mechanisme dat onder meer tot kanker kan leiden, niet werd meegenomen in de risicobeoordeling, en dat deze weglating onterecht leidde tot de classificatie van de stof als niet kankerverwekkend.
Ook de alarmerende aanwijzingen dat er een link bestaat tussen het gebruik van glyfosaat en long- en darmgezondheid, en gedragsveranderingen, werd onvoldoende onderzocht. EFSA erkent trouwens zelf dat er kennishiaten zijn over blootstelling aan glyfosaat en verschillende neurodegeneratieve aandoeningen als Parkinson, ALS en Alzheimer, evenals met betrekking tot schadelijke effecten op onze darmen en longen, en carcinogeniteit.
De wetenschappers geven aan dat ook het toetsingskader en de impact van glyfosaat op biodiversiteit een zorgpunt is. Glyfosaat doodt bijvoorbeeld niet enkel planten, maar ook schimmels en bacteriën.
Daarmee wordt de bodem, als basis van natuur en landbouwgewassen, aangetast. Ook voor bacteriën in de longen en darmflora van mensen zijn er risico’s. Aantasting van de darmflora kan mogelijk ook tot neurodegeneratieve processen leiden.
Wetenschappers vragen herbeoordeling
De wetenschappers geven aan dat, omwille van ernstige tekortkomingen, het op basis van de risicobeoordeling van EFSA niet mogelijk is te bepalen of glyfosaat veilig is voor mensen en biodiversiteit. Daarom vragen ze de Nederlandse en Belgische ministers om onafhankelijke wetenschap een centrale rol te geven in deze en toekomstige beslissingen.
Ook wordt gevraagd werk te maken van betere beoordelingskaders voor bestrijdingsmiddelen, en hiervoor financiële middelen vrij te maken. Eerder dit jaar vroegen ook 50 Belgische middenveldorganisaties, waaronder alle onafhankelijke ziekenfondsen, Kom Op Tegen Kanker en de Vlaamse Parkinsonliga, om een verbod op glyfosaat.
Op 14 november 2023 werd tevens een brief, ondertekend door 106 Europese middenveldorganisaties aan Europees Commissievoorzitter Ursula von der Leyen bezorgd. In de brief wijzen de organisaties onder meer op recent onderzoek dat aantoont dat lage concentraties glyfosaatherbiciden leukemie veroorzaken in jonge ratten.
Deze bevindingen en de veelheid aan andere onderzoeken over de risico’s van glyfosaatherbiciden moeten volgens de organisaties tot een ban van glyfosaat leiden.