Wist je dat? De VS hebben geen fair verkiezingssysteem – dat is zo bedoeld

Kamala Harris tijdens de Democratische voorverkiezingen van 2019 die ze als minst populaire kandidaat vrij snel verloor. Foto: Gage Skidmore/CC BY-SA 2:0

FacebooktwitterFacebooktwitter

Op dinsdag 5 november 2024 mogen de VS-burgers hun president kiezen voor de komende vier jaar. Over het systeem waarmee hun stemmen tot de verkiezing van hun president leidt, bestaan veel misverstanden. Dit is een korte inleiding tot het anachronistisch electoraal systeem van een land dat geen internationale onafhankelijke monitoring van zijn verkiezingen toelaat.

Ik heb in de loop der jaren meermaals geschreven over het kiessysteem van de VS. Onze media informeren nauwelijks over de ware aard van dat systeem. Veel uitleg krijg je wel het theoretische kader, over het presidentieel kiescollege, de swing states, de persoonlijkheid van de twee kandidaten en dergelijke maar zo goed als niets over hoe dat systeem concreet functioneert.

Eén artikel op deze nieuwssite kan niet volstaan om alle informatie te bieden die een beter inzicht geeft in de manier waarop verkiezingen werken in de VS. Daarom beperk ik me tot een aantal waarnemingen. Wie meer wil weten kan verder met de lijst artikels onderaan, waar specifieke onderdelen van dat systeem kritisch worden bekeken.

President Jimmy Carter

Kritiek op dat systeem komt niet alleen van buitenlandse waarnemers. Voormalig Democratisch president Jimmy Carter (1977-1981) heeft daar een en ander over te vertellen (Carter werd 100 jaar op 1 oktober 2024).

Jimmy Carter. Foto: LBJ Library/Public Domain

Na zijn nederlaag in 1981 voor een tweede mandaat tegen Republikein Ronald Reagan besloot Carter politiek activist te worden en richtte hij zijn Carter Center op. Dat Centrum monitort onder meer verkiezingen in landen waar het verkiezingssysteem zwak is en (volgens hem) ondersteuning kan gebruiken.

In 2000, na de ‘overwinning’ van Republikein George W. Bush, met minder stemmen dan tegenstander Democraat Al Gore, antwoordde hij op vragen van journalisten waarom zijn Carter Center de verkiezingen in eigen land niet monitort.

Zijn antwoord kwam hier op neer. Dat gaat niet, Het kiessysteem van de VS beantwoordt immers niet aan internationale normen voor democratische verkiezingen. Toegang voor de kiezers wordt verhinderd door allerlei wetten en executieve besluiten op niveau van de deelstaten die miljoenen burgers het stemrecht ontzegt. En er is meer.

Financiering van de campagnes van kandidaten (op alle niveaus, niet alleen presidentieel) is niet transparant en laat enorme steunbudgetten toe. De manier waarop rijke burgers en bedrijven kandidaten in de VS financieel ondersteunen is in de EU volledig illegaal (zie verder).

Negatieve verkiezingscampagnes en gerrymandering

Bovendien mag je in de VS negatieve advertenties publiceren waarin je dingen beweert over tegenkandidaten. Fake news en platte leugens bestaan in het verkiezingssysteem van de VS al lang voor het internet. Tot in de jaren 1950 was dat niet nodig, zwarte en arme witten hadden toch nauwelijks stemrecht.

Het 4de Congresdistrict van de staat Illinois in Chicago. Foto: STBL1/Flickr

In de VS wordt één volksvertegenwoordiger verkozen per kiesdistrict. Kiesdistricten worden voortdurend hertekend, door bijvoorbeeld zwarte woonwijken die Democratisch stemmen op te splitsen en bij omliggende overwegend Republikeins stemmende wijken te voegen, zodat ze altijd een minderheid zijn. Dit proces heet gerrymandering1.

Daarnaast biedt het telsysteem in de telbureaus in de meeste deelstaten geen garanties op eerlijke tellingen. Het is immers zo dat in de deelstaten waar één van beide partijen een sterke en stabiele meerderheid heeft deze partij helemaal alleen de verkiezingen organiseert.

Beeld je in dat het kiesbureau en het telbureau van je gemeente alleen bestaat uit partijleden van de N-VA en dat waarnemers van andere partijen niet toegelaten worden. Zo gaat dat in de meeste staten.

Vijf swing states, stemrecht geen garantie

Alleen in een minderheid van zogenaamde swing states waar er een wankel evenwicht is tussen de beide machtspartijen verloopt dat enigszins objectief. In 2024 zijn dat Arizona, Michigan, Nevada, North Carolina en Wisconsin, 5 van de 50 deelstaten (in 2020 waren het er nog tien).

Aantal zetels in het presidentieel kiescollege per deelstaat. Map: 270towin.com

Dan is er het stemrecht zelf. In de VS sta je niet automatisch op de kiezerslijsten vanaf je 18de verjaardag. Je moet zelf actief de stap zetten om je te registreren.

Een van de eisen van de beweging voor burgerrechten van de jaren 1960 was het afschaffen van allerlei repressieve regels die deze kiesregistratie bemoeilijkten.

Zo moesten in zuidelijke staten mensen van kleur een schrijftest afleggen met lastige vragen voor ze mochten registreren – testen die niet werden opgelegd aan witte burgers. Registratieloketten werden in stadswijken geplaatst ver van armere wijken en hadden voortdurend wijzigende korte openingsuren.

Deze praktijken werden vanaf de jaren 1970 onder druk van de publieke opinie gewijzigd, maar sindsdien passen de overheden – die in 45 van de 50 deelstaten volledig in handen zijn van één van beide partijen – allerlei andere regels toe die het stemrecht beperken. Niet toevallig treffen die regels altijd etnische minderheden en arme witte Amerikanen.

Georgia on my mind

Een van de staten waar dit het meest flagrant gebeurt is de deelstaat Georgia. Burgers met een strafblad mogen er een aantal jaren niet meer stemmen. Ze mogen zich later wel terug inschrijven, maar krijgen verwarrende informatie waar en hoe ze dat kunnen doen.

Brad Raffensperger, Republikeins ambtenaar liet 198.000 kiezers schrappen voor de senaatsverkiezingen van 5 januari 2020 in Georgia. Screenshot YouTube gregpalast.com

Bovendien schrapt de gouverneur voortdurend onschuldige burgers die een gelijkaardige naam2 hebben als een persoon met een strafblad. Informatie daarover wordt verstuurd naar verkeerde adressen of een paar dagen voor de verkiezingen.

Kiezers stellen dan pas in het stembureau vast dat ze geschrapt werden zonder geldige reden. Naar schatting worden bij elke presidentsverkiezing ongeveer 4 miljoen opdagende kiezers hun stemrecht ontzegd, vooral in de zuidelijke staten met Georgia als uitschieter.

Duopolie

Het duopolie van Republikeinen en Democraten is niet het gevolg van de wil van de bevolking. Dit is altijd een doelbewuste strategie geweest (en is het nog altijd) van beide machtspartijen om derde spelers uit te sluiten.

De voornaamste doelstelling van het duopolie was vanaf de jaren 1930 het ontstaan van een sociaaldemocratische partij verhinderen (en dat is in feite nog steeds zo).

Jill Stein, kandidaat voor de Green Party, kansloos en toch reden voor paniek van de Democraten. Foto: Matt Johnson/CC BY-SA 2:0

Het duopolie van Republikeinen en Democraten is nog steeds zeer solide. Derde kandidaten maken geen kans. Jill Stein van de Green Party is de enige derde kandidaat die opkomt in 46 van de 50 staten.

Hoewel ze in dit systeem kansloos is om ook maar één zitje in het presidentieel kiescollege te winnen hebben de Democraten hemel en aarde verzet om haar met procedurele argumenten van de kieslijsten te schrappen, wat in vier staten is gelukt.

Waarom? Omdat Jill Stein door enkele procenten af te nemen van Democratische kiezers de zetels van het kiescollege in de deelstaten kan doen switchen naar de andere grote partij.

Stemrecht voor minderheden

De Voting Rights Act (1965) van Zuidelijke Democratisch president Lyndon Johnson was toen goedgekeurd om het protest van de burgerrechtenbeweging te milderen.

Die wet heeft veel burgers het stemrecht gegeven, maar wordt sinds 2013 teruggeschroefd door het federale Hooggerechtshof. Zo werd de vereiste afgeschaft dat deelstaten voor hervorming van hun kieswetgeving de goedkeuring moeten krijgen van het federale niveau. Reactionaire staten maken daar reeds gebruik van om terug meer burgers uit te sluiten.

Democraten werden toen de partij van het Noorden en de Republikeinen veranderden geleidelijk van een politieke partij gericht (toch in woorden) op de gewone werkende Amerikanen naar het extreemrechtse gespuis dat ze nu zijn.

De leidende principes van de macht

Beide machtspartijen zijn – hoe hard en meedogenloos ze elkaar ook bestrijden om de macht – het over de grote leidende principes roerend eens.

Beide partijen willen de unipolaire hegemonie van de VS over de wereld in stand houden. Ze verschillen weliswaar zeer over de manier waarmee ze die dominantie willen behouden, zoals nu ook weer met Harris en Trump.

Verder moet het economisch systeem in de eerste plaats draaien ten bate van miljardairs en grote bedrijven.

Veel commerciële media, geen vrije media

Dan is er nog het probleem dat de VS geen vrije media hebben. De grote media zijn gigantische bedrijven die niet door de overheid gecontroleerd hoeven te worden omdat ze dezelfde machtsprincipes delen.

De gewone Amerikaan ging dus – op heel uitzonderlijke ogenblikken na – nooit op een grote tv-zender horen dat de oorlog in Vietnam een ‘illegale invasie’ was en een massamoord (die we vandaag een genocide zouden noemen).

Diezelfde eenzijdigheid geldt ook nu voor de genocide in Gaza. Het komt er op neer dat de gemiddelde Amerikaan op zijn tv nooit een andere versie hoort van wat de regering in hun naam doet.

Verder komen sociale thema’s zo goed als nooit aan bod in reportages, debatten, panelgesprekken, er is wel veel geleuter over de persoonlijkheidsverschillen tussen de kandidaten.

Volgens een recente opiniepeiling van Gallup beschouwt 80 procent van alle VS-burgers de levensduurte als hun grootst zorg, ver boven kwesties als nationale veiligheid en immigratie. Voor wie de grote media volgt kijkt de economie het echter zeer goed te doen.

Media zien ook het grote beeld niet. Tijdens de verkiezingen die voor het eerst door Obama werden gewonnen in november 2007 was er veel aandacht voor lange wachtrijen aan stembureaus in zwarte stadswijken. Dat zou dan wijzen op grote deelname van zwarte kiezers.

In werkelijkheid moeten kiezers in overwegend zwarte of arme wijken bij elke verkiezing lang aanschuiven omdat in hun kiesdistricten veel minder kiesbureaus worden voorzien dan in de betere stadsdelen.

Opiniepeilingen

Alle opiniepeilingen sinds de jaren 1970 geven aan dat meer dan 70 procent van de bevolking sinds de jaren 1970 voorstander is van openbare gezondheidszorg en ziekteverzekering. Toch staat dat onderwerp nooit centraal in de programma’s van beide machtspartijen tijdens verkiezingen.

Make America White Again. Foto: Gage Skidmore/CC BY-SA 2:0

De lonen zijn voor de werkende Amerikanen sinds de jaren 1980 niet meer aangepast aan de inflatie (terwijl het aantal miljardairs exponentieel toeneemt en véél geld stoppen in de verkiezingscampagne van hun geprefereerde kandidaat, zie Elon Musk) (zie verder).

Nog vijf overblijvende swing states

Verrassingen zijn nooit uitgesloten, maar grotendeels hangt de overwinning af van wie wint in de vijf hierboven al vernoemde deelstaten. In de andere 45 ligt de zetelverdeling van het presidentieel kiescollege al vast. Die gaan immers integraal naar de kandidaat met de meeste stemmen.4

Hoe is het dan mogelijk om met een minderheid aan totaalstemmen toch een meerderheid te behalen in het kiescollege, zoals Trump deed bij zijn ‘overwinning’ in 2016 met minder stemmen dan Hillary Clinton?

Het aantal zetels van het kiescollege bevoordeelt de kleine landelijke staten waar overwegend Republikeins wordt gestemd. (Lees daarover President worden met een minderheid van de stemmen? Welkom in de VS!)

Als de Democraten voorspelbaar alle 54 zitjes van de grootste deelstaat California winnen met een overgrote meerderheid aan stemmen, brengen al die extra stemmen boven 50 procent niets op voor het totaal aantal in het hele land, terwijl de Republikeinen in veel kleinere staten alle zitjes winnen met nipte meerderheden.

Tijdens de presidentiële verkiezingen worden ook alle zetels in het federale Congres vernieuwd (om de twee jaar) en één derde van alle senatoren (met een mandaat van zes jaar). Alle staten, van de grootste California (39,5 miljoen), tot de allerkleinste Wyoming (584.000 inwoners) mogen twee senatoren verkiezen.

Meerderheid in de Senaat met minderheid van stemmen

Het maakt dat de Republikeinen voor het laatst in 1996 een meerderheid hadden in de Senaat op basis van een meerderheid van stemmen in heel het land. Sindsdien is elke meerderheid van 50+1 voor de Republikeinen gebaseerd op een minderheid van stemmen over heel het land. Die Republikeinse ‘meerderheid’ maakt het Democratische presidenten zeer moeilijk om binnenlands beleid te voeren.

Je kan je de vraag stellen waarom de Democraten dat systeem dan niet veranderen als zij daar het meest bij te verliezen hebben. Ook daar is een logische verklaring voor. Eerst en vooral was dat systeem tot in de jaren 1980 grotendeels in hun voordeel. Het kiesstelsel is een exclusieve bevoegdheid van de deelstaten.

Democratische politici in een stabiele deelstaat met een Democratische meerderheid hebben er alle baat bij om dit systeem in stand te houden dat hun overmacht in die betrokken deelstaat garandeert. Federale belangen spelen voor hen geen enkele rol.

Geld heeft ook stemrecht in de VS

Er is weer wat te doen rond mogelijke Russische en Chinese inmenging in de verkiezingen. Dat zal bij een eventuele overwinning van Trump weer een hot item worden in de nabesprekingen van de mainstream commentatoren.

Hoe reëel was die inmenging? Uit het FBI-onderzoek van 2016 bleek dat die inmenging peanuts was vergeleken met de inmenging van landen als Israël en Saoedi-Arabië. De grootste inmenging komt nog altijd van het American Israel Public Affairs Committee (AIPAC).

Anti-AIPAC-protest. Foto: Carol Moore/CC BY-SA 3:0

Beeld je in dat in de VS een organisatie zou bestaan die miljoenen dollars inzet ten bate van Rusland, een American Russian Public Affairs Committee… (over de hype van die Russische inmenging in 2016, zie VS-media geven (héél stilletjes) toe: Russiagate was enorme, lege hype.

En de VS geven zelf miljarden dollars uit aan inmenging in verkiezingen in andere landen in alle werelddelen.

Bovendien is het taboe om de zeer reële en enorme inmenging van rijke burgers, grote bedrijven en hun bondgenoten in de grote mediabedrijven ook grootschalige inmenging te noemen. In feite is het volledige kiesproces van campagne tot stembusslag in de VS volledig geprivatiseerd.

Geld, geld, geld

Harris gaf reeds meer dan 174 miljoen dollar uit, voor het grootste deel aan advertenties in de media, sociale media inbegrepen. De reis- en verblijfkosten voor haarzelf en haar staf zitten daar ook in. Daarmee heeft ze nog niet al het geld uitgegeven dat ze van haar donors heeft ontvangen. Trump scoort lager bij de grote donors met ongeveer 61 miljoen dollar.

Ondertussen mogen we ook niet de enorme bedragen vergeten die sponsors uitgeven aan parlementskandidaten in het Congres en de Senaat. AIPAC alleen heeft reeds meer dan 100 miljoen uitgegeven in 2024, waarvan heel veel voor negatieve advertenties tegen kandidaten die een kritische stem laten horen over de genocide in Gaza, zoals zetelende Democraten Cori Bush en Jamaal Bowman. Die verloren de voorverkiezingen van tegenkandidaten die zwaar werden gesponsord met campagnes die elke norm van civiele argumentatie schonden.

Andere Political Action Committees (PACs) zijn Fairshake (45 miljoen dollar) en Americans for Prosperity Action, een creatie van het netwerk van multimiljardair Charles Koch die 257 miljoen dollar heeft uitgegeven aan Republikeinse én Democratische kandidaten.  De America PAC van Elon Musk heeft ongeveer 124 miljoen dollar uitgegeven aan kandidaten van zijn keuze, niet alleen aan Trump.

Er valt nog zoveel meer over te zeggen. Dat de VS (en de EU in hun kielzog) kritiek hebben op de verkiezingen in andere landen omdat ze niet transparant of eerlijk zouden verlopen is te grotesk voor woorden.

 

…/…

 

Wie nog meer informatie wil over de realiteit van het VS- verkiezingssysteem kan ik deze artikels aanbevelen:

Nogmaals voormalig president Carter in 2004: “Het kiessysteem van Venezuela is een van de beste ter wereld qua transparante en technologie. Het telsysteem is volledig geautomatiseerd. Elke kiezer krijgt een afprint van zijn stem, die hem toelaat opnieuw te kiezen als het niet juist zou zijn. Van alle uitgebrachte stemmen wordt ook een papieren print bewaard voor afzonderlijke tellingen. Alle burgers hebben automatisch stemrecht.” Verder: “Als de winnaar van verkiezingen ons niet bevalt – ik ben geen fan van Hugo Chávez – geeft ons dat niet het recht om de resultaten dan maar te betwisten.” En hij voegde er nog aan toe dat het kiessysteem in de VS veel minder effectief was omwille van de invloed van geld in de politiek.

Het artikel Hoe democratisch is het verkiezingssysteem van de VS? van 7 november 2022 licht verder toe hoe een kiezer zich kan identificeren in het kiesbureau, waarbij veel afhangt van de politieke voorkeur van de voorzitter van het bureau, over de kakofonie van verschillende regels in elke deelstaat, over de manipulatie van de kieslijsten, over de verspreiding van valse geruchten aan de wachtrijen (bijvoorbeeld dat personen met uitstande verkeersboetes zullen worden geverbaliseerd), over de schrapping van kiezers met namen die lijken op die van veroordeelde personen en over het racisme en de klassebias van de registratieprocedures.

Tijdens de vorige kiescampagne van 2020 (die hij verloor tegen Biden) stelde Trump dat er verkiezingsfraude was gepleegd. Hij had gelijk, alleen ging het over fraude door zijn eigen partij, onder meer in de deelstaat Georgia, die echter onvoldoende bleek om het eindresultaat nog te veranderen.

Op 4 september 2020 dreigde Trump voor het eerst met een burgeroorlog. Hij verloor een maand later tegen Biden en .op 6 januari 2021 bestormde een meute het Capitool in Washington. Dat gevaar dreigt ook nu als Trump het niet zou halen op 5 november 2024.

Een burgeroorlog in de VS is geen science-fiction, de VS kenden er al twee in hun bestaan. In een land met vrije wapendracht voor burgers is dat wel degelijk mogelijk, met zijn uitgestrekte dun bevolkte binnenland. Maar dat betekent daarom niet het einde van de VS als grootmacht.

Twee personen dragen zichtbaar een holster met revolver in de staat New Hampshire, een van de 30 staten waar dat wettelijk mag. Foto: Lucio Eastman / CC BY 2:0

We zouden het bijna vergeten. Kamala Harris werd dit jaar geen kandidaat-president van de Democraten door voorverkiezingen te winnen. In 2020 was ze een van de eerste Democratische kandidaten tijdens de voorverkiezingen die afviel met het laagste percentage van allen, bij gebrek aan enig charisma of populariteit en door een zeer zwakke deelname aan de debatten.

Biden koos haar als vice-president omdat ze een veilige keuze was, een politica gespeend van originele ideeën, met een ‘degelijke’ staat van dienst als deelstaatsenator en minister van justitie in de staat California, met een harde neoliberale kijk op sociale rechten, een pleidooi voor de herinvoering van de doodstraf in California en een stelselmatige weigering om de vrijlating te ondertekenen van gevangenen die hun straf volledig hadden uitgezeten, omdat – zoals ze toen openlijk zei – de economie de gratis arbeid van gevangenen nodig had.

Kamala Harris zei in 2019 tijdens de Democratische voorverkiezingen dat ze progressief is, haar staat van dienst vertelt een heel ander verhaal:

Donald Trump had gelijk toen hij in 2016 verklaarde dat het verkiezingssysteem van de VS rigged is. Hij zei er niet bij dat dat in zijn voordeel werkte. In het artikel Negen redenen waarom verkiezingen in de VS niet eerlijk verlopen van 7 november 2016 wordt het artikel hierboven aangevuld met nog meer informatie over dat kiessysteem.

Het is een kwestie van tijd voor de witte bevolking – volgens de meeste schattingen binnen 20 jaar in 2044 – in de VS een demografische minderheid wordt. Toch zal het nog lang duren voor dat zich vertaalt in verlies van politieke macht.

Zoals ook nu weer schieten de media om de vier jaar in een sensatiekramp om van de peilingen voor de verkiezingen een permanente show te maken, met allerlei commentaren van zelfverklaarde experten. Die peilingen zijn echter altijd onbetrouwbaar, omdat ze intenties noteren van burgers, zonder de zekerheid dat die burgers ook effectief gaan stemmen.

Notes:

1   In 1814 keurde gouverneur Gerry van de staat Massachusetts een hertekening goed van een kiesdistrict dat op de kaart de vorm van een salamander had, vandaar ‘gerry-mander’.

2   Om maar één voorbeeld te geven: wij kennen Michael Jackson en James Brown als beroemde muzikanten, maar in de VS hebben duizenden zwarte burgers dezelfde naam, die in feite vrij ordinair is. Burgers met dezelfde namen komen bovendien veel,meer voor bij zwarten die dikwijls nog de familienaam hebben van de slaveneigenaar van hun voorouders.

4   Alleen in de deelstaten Maine (4) en Nebraska (5) worden de zetels van het kiescollege gedeeltelijk proportioneel toegekend. In Maine gaan 2 zetels naar de winnaar en worden de andere 2 proportioneel toegewezen, in Nebraska gaan 3 zetels naar de winnaar en worden de andere twee proportioneel toegewezen.

Artikel oorspronkelijk verschenen in DeWereldMorgen.be.